Kalibratiestappen
De kalibratieprocedure kan op ieder moment worden afgebroken door ESC in te
drukken. De vorige transmitterkalibratie wordt dan gebruikt.
(M-01) - Nulpunt- en meetbereikgaskalibratie
(1)
Druk op ENTER en selecteer menu 1.
(2)
Druk op de ENTER-knop.
(3)
Voer het wachtwoord in (→ hoofdstuk 4.5 "Wachtwoord").
(4)
Voer nulgas (synthetische lucht) in.
(5)
Wacht tot de aftelling is afgelopen (automatisch) of druk op ENTER (handmatig).
Op het display verschijnt OK.
(6)
Voer testgas toe.
(7)
Wacht tot de kalibratie is afgelopen (automatisch) of druk op ENTER (handmatig).
Op het display verschijnt OK.
Het aftellen tot normaal bedrijf begint. Tijdens deze tijd kan het testgas worden verwijderd
en het uitgangssignaal blijft het niveau van de operationele stroom.
(8)
Verwijder het testgas tijdens de aftelling.
(M-01) - Zuurstofkalibratie
(1)
Druk op ENTER en selecteer menu 1.
(2)
Druk op de ENTER-knop.
(3)
Voer het wachtwoord in (→ hoofdstuk 4.5 "Wachtwoord").
(4)
Voer synthetische lucht toe.
(5)
Wacht tot de aftelling is afgelopen (automatisch) of druk op ENTER (handmatig).
Op het display verschijnt OK.
(6)
De detector schakelt naar de meetmodus.
(M-02) - Nulpuntgaskalibratie
(7)
Druk op ENTER en selecteer menu 2.
(8)
Druk op de ENTER-knop.
(9)
Voer het wachtwoord in (→ hoofdstuk 4.5 "Wachtwoord").
(10)
Voer nulgas (synthetische lucht) in.
(11)
Wacht tot de kalibratie is afgelopen (automatisch) of druk op ENTER (handmatig).
Op het display verschijnt OK.
(12)
De detector schakelt naar de meetmodus.
4.4
Onderhoud en informatie
(M-03) - Weergave van de testgaswaarde
(1)
Druk op ENTER en selecteer menu 3.
(2)
Druk op de ENTER-knop.
De testgasconcentratie wordt weergegeven.
(3)
Druk op de ENTER-knop en ga terug naar het menu of druk op ESC om terug te gaan naar de
meetmodus.
(M-04) - Kalibratie instellen
Dit menu wordt gebruikt om de testgasconcentratie in te stellen voor de bereikkalibratie en alle aftel-
tijden.
(1)
Druk op ENTER en selecteer menu 4.
(2)
Druk op de ENTER-knop.
PrimaX
Werking
NL
20