1. Open het configuratiescherm en klik op Hardware en geluid.
2. Klik op het pictogram Realtek HD Audio Manager. Het venster Realtek HD Audio Manager wordt
geopend.
3. Bekijk de lijst van afspeelapparaten. Als er een hoofdtelefoon is aangesloten, wordt die hoofdtelefoon
automatisch ingesteld als standaardapparaat en is het pictogram voor de hoofdtelefoon aangekruist.
4. Om een ander apparaat in te stellen als standaardapparaat (bijvoorbeeld de luidsprekers), dubbelklik
er dan op. Bij het desbetreffende pictogram wordt dan een vinkje geplaatst.
5. Speel geluid af met een willekeurig programma, bijvoorbeeld Windows Media Player. Controleer
of er geluid uit de luidsprekers komt.
Voor meer informatie kunt u het Help-informatiesysteem van de Realtek HD Audio Manager raadplegen.
Problemen met de vingerafdruklezer
• Probleem: Het oppervlak van de lezer is vuil of nat.
Oplossing: Veeg het oppervlak van de lezer voorzichtig schoon met een zachte, droge en pluisvrije doek.
• Probleem: Het vastleggen en verifiëren van uw vingerafdruk mislukt vaak.
Oplossing: Als het oppervlak van de lezer vuil of nat is, veegt u het oppervlak van de lezer voorzichtig
schoon met een zachte, droge en pluisvrije doek.
Raadpleeg "De vingerafdruklezer onderhouden" op pagina 60 voor tips over het onderhouden van de
vingerafdruklezer.
Problemen met de batterij en de voeding
In dit hoofdstuk leest u wat u moet doen als er problemen met de batterij en de voeding optreden.
Problemen met de batterij
• Probleem: De batterij wordt niet volledig worden opgeladen in de standaardlaadtijd als de computer
is uitgeschakeld.
Oplossing: De batterij is te veel ontladen. Doe het volgende:
1. Zet de computer uit.
2. Controleer of de te ver ontladen batterij zich in de computer bevindt.
3. Sluit de wisselstroomadapter aan op de computer en laat de batterij opladen.
Als u een snellader bij de hand hebt, gebruik deze dan om de te ver ontladen batterij weer op te laden.
Als de batterij na 24 uur nog niet volledig is opgeladen, gebruikt u een nieuwe batterij.
• Probleem: Uw computer wordt afgesloten voordat de statusindicator van de batterij aangeeft dat de
batterij leeg is, of uw computer werkt nog steeds als de statusindicator van de batterij aangeeft dat
de batterij leeg is.
Oplossing: Ontlaad de batterij en laad hem opnieuw op.
• Probleem: De werkingsduur van een volledig opgeladen batterij wordt korter.
Oplossing: Ontlaad de batterij en laad hem opnieuw op. Als de werkingsduur van de batterij nog steeds
kort is, moet u een nieuwe batterij gebruiken.
• Probleem: De computer werkt niet terwijl de batterij volledig is opgeladen.
Oplossing: Mogelijk is de bescherming tegen overbelasting van de batterij geactiveerd. Zet de computer
een minuut uit om de bescherming te deactiveren. Daarna kunt u de computer weer aanzetten.
• Probleem: De batterij wordt niet opgeladen.
148
Handboek voor de gebruiker