nl
m
Waarschuwing
Tijdens het verwisselen van
de deurophanging mag het apparaat niet
op het elektriciteitsnet zijn aangesloten.
Eerst de stekker uit het stopcontact
trekken. Leg voldoende zacht materiaal
op de grond, om te voorkomen dat de
achterkant van het apparaat beschadigd
raakt. Het apparaat voorzichtig op zijn
rug leggen.
Aanwijzing
Wanneer het apparaat op de rug wordt
gelegd, mag de wandafstandhouder niet
gemonteerd zijn.
Let op
de omgevingstemperat
uur en de beluchting
Omgevingstemperatuur
Het apparaat is voor een bepaalde
klimaatklasse geconstrueerd. Afhankelijk
van de klimaatklasse kan het apparaat
bij de volgende omgevingstemperaturen
gebruikt worden.
De klimaatklasse staat op
het typeplaatje, afb. *.
Klimaatklasse
SN
N
ST
T
62
Toelaatbare
omgevingstemperatuur
+10 °C tot 32 °C
+16 °C tot 32 °C
+16 °C tot 38 °C
+16 °C tot 43 °C
Aanwijzing
Het apparaat is volledig functioneel
binnen de binnentemperatuurgrenzen
van de aangegeven klimaatklasse.
Wanneer een apparaat uit klimaatklasse
SN wordt gebruikt bij een lagere
binnentemperatuur, kunnen
beschadigingen aan het apparaat
worden uitgesloten tot een temperatuur
van +5 °C.
Beluchting
Afb. $
De lucht aan de achterzijde van
het apparaat wordt warm. De verwarmde
lucht moet ongehinderd afgevoerd
kunnen worden. Anders moet de
koelmachine meer presteren. Waardoor
het energieverbruik toeneemt. De
be en ontluchtingsopeningen mogen dan
ook nooit worden afgedekt!
Apparaat aansluiten
Na het plaatsen van het apparaat moet
u minimaal 1 uur wachten voordat u het
apparaat in gebruik neemt. Tijdens het
transport kan het gebeuren dat de olie
van de compressor in het koelsysteem
terecht komt.
Vóór het eerste gebruik de binnenruimte
van het apparaat schoonmaken (zie
hoofdstuk „Schoonmaken van
het apparaat").