Toerental ventilator
F
Ionisatieniveau
G
Unieke ketelcode
H
tabel 21 Uitleesmode gebruikersniveau
* De getoonde waarde heeft een grootte van 4 cijfers.
Het code-venster gaat opeenvolgend van het cijfer of
de letter (hier: *, F of H) naar een vertikaal streepje
met een punt in het rechter ondersegment. De 4-cijfe-
rige waarden worden per 2 afwisselend weergegeven:
* 10
> 00
11.8 Regelstrategie C
Tijdens normaal bedrijf kan de besturing van de ketel
volgens een bepaalde strategie gaan regelen. Dit is in
de uitleesmode met code C uit te lezen. de meeste
regelstrategieen zijn bedoeld om de ketel zo lang moge-
lijk brandend te houden, ongeacht b.v. doorstromings-
veranderingen of -problemen.
1 = opmoduleren (regeling onder ionisatiedrempel)
2 = terugmoduleren (maximaal temperatuurverschil
tussen aanvoer en retour)
3 = vermogen minimaal (Tretour hoger dan Taanvoer)
4 = terugmoduleren (rookgastemperatuur T5 te hoog)
5 = pomp/ketel aan (vorstbeveiliging)
6 = nul-doorstromingsbeveiliging
Max.
5 leden:
Nog niet bekend
6 leden:
7 leden:
8 leden:
9 leden:
00 - 99(x 0,1 uA)
Nog niet bekend
11.9 Storingsmode (1 [[) (service niveau)
Een actuele storing is herkenbaar aan een knipperend
code en t- venster (zie storingstabel in H 12).
De laatst opgetreden storing en de daarbij behorende
bedrijfscodes en heersende temperaturen worden opge-
slagen
in het geheugen van de microprocessor en kunnen in de
storingsmode als volgt uitgelezen worden:
- Stel de servicecode c 12 in (zie par. 11.6).
- Druk de m- toets in totdat op het code-venster 1 ver-
schijnt (cijfer knippert).
- Kies nu met de s- toets de gewenste stap.
49
40
00(=4000*)
03