Schermen
Algemene configuratie (scherm 4)
1. Patroondefinitie vergrendelen (optioneel) —
Beschermt het patroon tegen onbedoelde
wijzigingen. De operator moet een wachtwoord
ingeven om de patronen te wijzigen en
programma's te kopiëren, verwijderen en te
hernoemen.
OPMERKING: Deze instelling gaat enkel in wanneer
de bedrijfsschermen eveneens zijn vergrendeld. Zie
Geavanceerde schermen, pagina 35.
2. Uitschakelinvoer omkeren (optioneel):
• Gebruikt om de polariteit van het PLC-uitschakel-
invoersignaal om te keren. Zie Installatie
PLC-ingangen en -uitgangen, pagina
• Indien geselecteerd, moet het uitschakelsignaal
hoog worden getrokken zodat de patroonregelaar
kan doseren.
• Indien niet geselecteerd (standaard), moet het
uitschakelsignaal hoog worden getrokken om te
voorkomen dat de patroonregelaar kan doseren.
3. Drukcompensatie inschakelen (optioneel,
uitsluitend PC-8e):
• Gebruikt om een consistente lijmuitvoer te
behouden aan een variabele lijnsnelheid.
• Met de aanloopset ingebouwd, stelt deze functie
de pompdruk bij volgens uitvoer vs.
snelheidscurve. Zie Aanloopregelaar, pagina 34
voor de aanloopinstellingen.
4. Gemoduleerde lijmstreep inschakelen (optioneel,
uitsluitend PC-8e):
• Gebruikt om een consistente lijmuitvoer te
behouden aan een variabele lijnsnelheid.
A - Scherm openen
P - Schermnummer (scherm 4)
32
• Stelt de uitvoer bij door lijmstrepen te
onderbreken volgens uitvoer vs. snelheidscurve.
• Wanneer drukcompensatie is ingeschakeld, wordt
gemoduleerde lijmstreep actief onder het
minimale uitvoerpercentage.
• Wanneer drukcompensatie is uitgeschakeld, volgt
de gemoduleerde lijmstreep uitvoer vs.
snelheidscurve. Zie Aanloopregelaar, pagina 42
voor de aanloopinstellingen.
5. Gestopt (uitsluitend PC-8e):
• Wachtrij vrijmaken (standaard): Producten in
19.
verwerking stoppen wanneer de lijn stopt, wat zo
blijft totdat de lijn opnieuw start. Producten in de
wachtrij tussen de trekker en het pistool zullen
ook worden verwijderd wanneer de lijn stopt.
• Wachtrij behouden: Producten in verwerking
stoppen wanneer de lijn stopt, wat zo blijft totdat
de lijn opnieuw start. Producten in de wachtrij
tussen de trekker en het pistool worden behouden
wanneer de lijn stopt en worden verwerkt
wanneer de lijn opnieuw start. Producten in de
wachtrij kunnen handmatig worden verwijderd
door het systeem uit en terug in te schakelen aan
de hand van de voedingsknop.
• Pauze: Producten in verwerking pauzeren
wanneer de lijn stopt, wat zo blijft totdat de lijn
opnieuw start. Producten in de wachtrij tussen de
trekker en het pistool worden behouden wanneer
de lijn stopt en worden verwerkt wanneer de lijn
opnieuw start. Producten in verwerking en in de
wachtrij kunnen handmatig worden verwijderd
door het systeem uit en terug in te schakelen aan
de hand van de voedingsknop.
A
P
3A8113K