FC 300 Programmeerhandleiding
34-62 Programmasta-
tus
9-18 Node-adres
Range:
*
126
[0 - 126]
9-22 Telegramkeuze
Option:
[1]
Standaardtelegram 1
[101]
PPO 1
[102]
PPO 2
[103]
PPO 3
[104]
PPO 4
[105]
PPO 5
[106]
PPO 6
[107]
PPO 7
*
PPO 8
[108]
9-23 Signaalparameters
Array [1000]
Alleen lezen
9-27 Param. wijzigen
Option:
[0]
Uitgesch.
*
Ingesch.
[1]
9-28 Procesregeling
Option:
[0]
Uitsch.
*
Cycl. master insch.
[1]
9-44 Teller foutmeldingen
Range:
*
0
[0-65535]
Selecteer de parameters die moeten worden toegekend aan PCD 3 tot 10 van de telegrammen. Het nummer
van de beschikbare PCD's is afhankelijk van het telegramtype. PCD 3-10 houdt de huidige gegevenswaarde van
de geselecteerde parameters vast. Voor standaard Profibus-telegrammen, zie par. 9-22.
Functie:
Stel het stationadres in deze parameter of in de hardwareschakelaar in. Om het stationadres in par. 9-18 te
wijzigen, moet de hardwareschakelaar worden ingesteld op 126 of 127 (d.w.z. alle schakelaars op 'aan'). Anders
zal deze parameter de huidige instelling van de schakelaar weergeven.
Functie:
Alleen lezen.
Geeft de configuratie van het Profibus-telegram weer.
Deze parameter bevat een lijst van signalen die kunnen worden geselecteerd in par. 9-15 en 9-16.
Functie:
Parameters kunnen worden gewijzigd via Profibus, de standaard RS 485-interface of het LCP.
Schakelt het wijzigen via Profibus uit.
Schakelt het wijzigen via Profibus in.
Functie:
Procesregeling (instellen van stuurwoord, snelheidsreferentie en procesdata) is mogelijk via Profibus of de stan-
daard veldbus, maar niet via beide tegelijkertijd. Lokale besturing is altijd mogelijk via het LCP. Besturing via
procesregeling is mogelijk via de klemmen of de veldbus, afhankelijk van de instellingen in par. 8-50 tot 8-56.
Schakelt de procesregeling via Profibus uit en schakelt procesregeling via een standaard veldbus of Profibus-
master klasse 2 in.
Schakelt de procesregeling via Profibus-master klasse 1 in en schakelt procesregeling via een standaard veldbus
of Profibus-master klasse 2 uit.
Functie:
Deze parameter geeft het aantal foutgebeurtenissen aan dat is opgeslagen in par. 9-45 en 9-47. De maximale
buffercapaciteit is acht foutgebeurtenissen. Buffer en teller worden bij elke reset of inschakeling op 0 teruggezet.
®
MG.33.M3.10 – VLT
is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
2. Programmeren
2
115