De oven reinigen
1.
Haal alle accessoires en verwijderbare inschuifrails
uit de oven.
2.
Reinig de oven en de accessoires alleen met een
microvezeldoek, warm water en een mild reini‐
gingsmiddel.
Schakel de oven uit en wacht tot deze is afgekoeld. Plaats de accessoires en de verwijderbare inschuifrails in de
6. DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
6.1 Instellen: Verwarmingsfunctie
Stap 1
Draai aan de knop van de verwarmings‐
functies om een verwarmingsfunctie te
selecteren.
Stap 2
Draai aan de regelknop om de tempera‐
tuur .
Stap 3
Draai wanneer het bereiden stopt aan
de knoppen naar de uit-stand om de
oven uit te schakelen.
6.2 Verwarmingsfuncties
Verwar‐
Toepassing
mingsfunc‐
tie
De oven staat uit.
Uit-positie
Voor het roosteren of bakken van
gerechten waarvoor dezelfde berei‐
dingstemperatuur nodig is, op meer‐
Warme Lucht
dere roosterhoogten, zonder dat er
smaken worden overgebracht van
het ene naar het andere gerecht.
Stap 1
Verwarm de lege oven voor
1.
Stel de maximale temperatuur in voor de functie:
.
Tijd: 1 uur
2.
Stel de maximale temperatuur in voor de functie:
.
Tijd: 15 min
oven.
Verwar‐
Toepassing
mingsfunc‐
tie
Voor het bakken en roosteren op
één ovenniveau.
Boven + on‐
derwarmte
Voor het bakken van taarten met
een krokante bodem en het bewa‐
ren van voedsel.
Onderwarmte
Voor het braden van grote stukken
vlees of gevogelte met bot op één
niveau. Voor gratineren en bruinen.
Circulatiegrill
Voor het roosteren van grote hoe‐
veelheden dunne stukken voedsel
en voor het maken van toast.
Intens grillen
Om dunne stukken voedsel te grillen
en brood te roosteren.
Grillen
Stap 2
NEDERLANDS
9