Regelmatige papierstoringen verhelpen
Als het papier vaak vastloopt, probeer dan het volgende:
• Controleer alle plaatsen waar papierstoringen kunnen optreden. Het is
• Controleer of het papier goed in de laden is aangebracht, of de laden zijn
• Controleer of alle papierladen en papierverwerkingsaccessoires volledig
• Controleer of alle kleppen gesloten zijn. (Als een klep tijdens een
• Probeer naar een andere uitvoerbak af te drukken (pagina 24).
• Het is mogelijk dat de vellen aan elkaar plakken. Probeer de papierstapel
• Als u vanuit Lade 1 afdrukt, probeert u minder vellen papier of enveloppen
• Als u afdrukt met een optionele duplexeenheid controleert u of de
• Als u afdrukt op materiaal van kleine afmetingen (zoals systeemkaarten),
• Draai de papierstapel in de papierinvoerbak om. Probeer ook het papier
• Draai het papier (zoals geperforeerd papier of formulieren bestaande uit
• Controleer de kwaliteit van het papier waarop u afdrukt. Gebruik geen
• Gebruik alleen papier dat voldoet aan de specificaties van HP
• Gebruik geen papier dat al eerder in een printer of kopieerapparaat is
• Controleer of de printer constante stroom krijgt en of de stroom voldoet
• Maak de printer schoon (pagina 72).
• Neem contact op met een HP-dealer of ondersteuningsdienst voor een
82 Hoofdstuk 4: Problemen oplossen
mogelijk dat er ergens een stukje papier in de printer vastzit.
(Zie pagina 76.)
afgesteld op het juiste papierformaat en of de laden niet te vol zijn. (Zie
de gedeelten over het plaatsen van papier, die beginnen op pagina 28.)
in de printer zijn geplaatst. (Als een lade tijdens een afdruktaak wordt
geopend, kan dit een papierstoring veroorzaken.)
afdruktaak wordt geopend, kan dit een papierstoring veroorzaken.)
om te buigen om de vellen los te maken. Open de stapel echter niet als
een waaier.
tegelijk in te voeren.
kabellade goed is bevestigd en of de klep van Lade 2 is geplaatst.
controleert u of het papier in de goede richting in de lade is geplaatst
(pagina 50).
180° om te draaien.
meer vellen en etiketten) om het vanuit een andere richting in de printer
in te voeren (pagina 44).
beschadigd of slecht afgesneden papier.
(pagina's A-2 tot en met A-14).
gebruikt. (Gebruik geen enveloppen, transparanten, velijnpapier en
etiketten voor dubbelzijdig afdrukken.)
aan de printerspecificaties (pagina A-18).
routinematig printeronderhoud (raadpleeg de brochure met informatie
over telefonische ondersteuning die u bij de printer hebt gekregen).
NLWW