Afdrukken van enveloppen
Veel typen enveloppen kunnen worden afgedrukt vanuit lade 1.
(De lade kan maximaal 10 enveloppen bevatten.) De afdrukkwaliteit
is afhankelijk van het soort envelop. Probeer dus altijd een paar
proefenveloppen voordat u een grote hoeveelheid koopt.
•
Stel de marges tenminste in op 15 mm van de rand van de
envelop.
•
Druk enveloppen altijd af naar de achteruitvoerbak om omkrullen
en kreukels te voorkomen.
Als u op grote hoeveelheden enveloppen en standaard papier
afdrukt, krijgt u de beste resultaten wanneer u eerst afdrukt op
papier en daarna op de enveloppen. Als u afwisselend op het papier
en de enveloppen wilt afdrukken, kiest u KLEIN PAPIER/
SNELH=LANGZAAM in het Configuratiemenu van de printer.
Gebruik nooit enveloppen met coating (aan binnen- of buitenkant),
WAARSCHUWING!
met een zelfklevende strook die niet is afgedekt, of met andere
kunststof elementen. Deze stoffen kunnen bij verhitting schadelijke
dampen afgeven.
Enveloppen met lipjes, drukknopen, vensters, geplastificeerde
Voorzichtig
binnenkanten, niet afgedekte zelfklevende stroken of andere
kunststof elementen kunnen de printer ernstig beschadigen.
Probeer nooit een envelop aan beide zijden te bedrukken. Dit kan
papierstoringen veroorzaken en de printer beschadigen.
Controleer eerst of de enveloppen goed plat liggen en niet
beschadigd zijn of aan elkaar plakken, voordat u ze gaat invoeren.
Gebruik geen zelfklevende enveloppen waarvan de kleefstroken
onder druk vastkleven. (Zie pagina A-11 voor envelopspecificaties.)
40 Hoofdstuk 2: Afdruktaken
NLWW