6 Elektrische aansluiting
☐ De maximale kabellengte in de netwerkbus is afhankelijk van de ingestelde transmissiesnelheid en mag niet
worden overschreden. Voorbeeld: bij een transmissiesnelheid van 250 kbit/s bedraagt de maximale kabellengte
50 m.
☐ Als een kabel buitenshuis worden geïnstalleerd, moet deze UV-bestendig zijn of in een UV-bestendige kabelgoot
worden geïnstalleerd.
☐ Voor te leggen kabels gebruikte D-Sub 9-stekkers moeten een metalen behuizing hebben.
☐ Het kabelscherm van de te leggen kabel moet op een punt buiten het product aangesloten zijn.
Werkwijze:
1. Voer de kabel in het product in (zie hoofdstuk 6.10.1, pagina 56).
2. Sluit de kabel op de PLC K100 op de bus CAN (X7) aan.
6.7
I/O-systemen aansluiten
Voor de meting en sturing van de installatiecomponenten beschikt het product over I/O-systemen. De digitale
ingangen van de I/O-systemen worden met 24 V DC gevoed en met 2 buiszekeringen 5x20 1 A traag beveiligd.
Kabelvereisten:
☐ Leidingdoorsnede: 0,14 mm² tot 1,5 mm²
☐ maximale aderdoorsnede met adereindhuls: 1 mm²
Werkwijze:
1. Voer de kabel in het product in (zie hoofdstuk 6.10.1, pagina 56).
2. Sluit de aders op de aansluitklemmen X680 of X690 aan overeenkomstig de klantspecifieke systeemschakeling
aan. Span bij strengen de veren van de veerdrukklemmen met een schroevendraaier voor (zie hoofdstuk 6.10.2,
pagina 58).
3. Controleren of de aders goed vastzitten.
4. Sluit de kabels aan op de I/O-module en configureer de kanalen (zie handleiding van de fabrikant).
6.8
RS485-apparaten aansluiten
Kabelvereisten:
Kabellengte en kabelkwaliteit zijn van invloed op de kwaliteit van het signaal. Neem de volgende kabelvereisten in
acht.
☐ aantal aderparen en aderdoorsnede: ten minste 2 x 2 x 0,22 mm²
☐ Maximale kabellengte in de totale RS485-bus: 1200 m
☐ Per paar getwiste kabels (twisted pair)
☐ Kabel met afscherming: ja
☐ UV-bestendig bij gebruik buiten
52
PPM-10-IA-nl-18
SMA Solar Technology AG
Installatiehandleiding