Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Intern Communicatienetwerk; Vereisten Aan Het Interne Communicatienetwerk; Netwerkkabel En Glasvezelkabel Aansluiten - SMA POWER PLANT MANAGER Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

6 Elektrische aansluiting
Aansluiten van de jumpers afhankelijk van de geselecteerde spanningsmeting:
☐ Als in het 4-draads stroomnet een spanningsmeting zonder spanningsomvormer is aangesloten, mogen voor deze
spanningsmeting de nulleider en de aardleiding nooit overbrugd zijn. Controleren of op de desbetreffende
aansluitklemmen van de klemmenstrook X200 geen jumper is aangesloten (zie hoofdstuk 6.4.2, pagina 38).
☐ Als in het 4-draads stroomnet een spanningsmeting via een spanningsomvormer is aangesloten, moeten voor
deze spanningsmeting de nulleider en de aardleiding steeds overbrugd zijn. Daarvoor op de desbetreffende
aansluitklemmen van de klemmenstrook X200 de meegeleverde rode jumpers aansluiten (zie hoofdstuk 6.4.2,
pagina 38).
☐ Als een 3-draads stroomnet is aangesloten, moeten bij elke geïnstalleerde spanningsmeting de nulleider en de
aardleiding overbrugd zijn. Daarvoor op de desbetreffende aansluitklemmen van de klemmenstrook X200 de
meegeleverde rode jumpers aansluiten (zie hoofdstuk 6.4.2, pagina 38).
Werkwijze:
1. Voer de kabel in het product in (zie hoofdstuk 6.10.1, pagina 56).
2. De aders overeenkomstig de klantspecifieke systeemschakeling aansluiten (zie hoofdstuk 6.10.2, pagina 58).
3. Controleren of een rechter draaiveld op de driefasige spanningsmeetingang aanwezig is.
4. Controleren of de aders goed vastzitten.
5. Controleren of voor de geselecteerde spanningsmeting de jumper correct zijn aangesloten.
6.5

Intern communicatienetwerk

6.5.1

Vereisten aan het interne communicatienetwerk

In het interne communicatienetwerk moeten alle apparaten zijn geïntegreerd waarvan het product direct gegevens
opvraagt of die het product direct aanstuurt. Deze apparaten zijn onder meer de omvormers, de gensets, SMA
communicatieapparaten en de optionele Data Acquisition Module.
De volgende vereisten aan het interne communicatienetwerk moet steeds in acht worden genomen:
☐ Op het interne communicatienetwerk mogen alleen het product en alle apparaten worden aangesloten waarvan
het product direct gegevens opvraagt of die het product direct aanstuurt.
☐ De deelnemers in het interne communicatienetwerk moeten met stertopologie, bustopologie of een combinatie van
ster- en bustopologie bekabeld zijn. Daarbij wordt de stertopologie aanbevolen, aangezien in de stertopologie
de uitval van een deelnemer slechts in geringe mate of zelfs geen effect op de beschikbaarheid van het
communicatienetwerk heeft.
Vereisten aan de router en de switches in acht nemen
De vereisten aan netwerkinstellingen en de compatibiliteit van de routers en switches moeten in acht worden
genomen (zie handleiding van de fabrikant).
6.5.2

Netwerkkabel en glasvezelkabel aansluiten

Kabelvereisten:
☐ Netwerkkabel: minstens CAT5E
☐ Glasvezelkabel bij switch voor multimode: klasse OM2 50/125 μm
☐ Glasvezelkabel bij switch voor singlemode: klasse OM2 9/125 μm
Voer de volgende handelingen in de aangegeven volgorde uit om de netwerkkabel en de glasvezelkabel op het Patch
Panel aan te sluiten. De exacte procedure wordt in de volgende paragrafen beschreven.
Werkwijze:
1. Demonteer de modules uit de behuizing van het Patch Panel.
2. Installeer de glasvezelkabel.
46
PPM-10-IA-nl-18
SMA Solar Technology AG
Installatiehandleiding

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave