3. Steek de twee nokjes in de bodem van een schone
monsterkamer in de corresponderende openingen
in de kamerhouder, zoals hieronder getoond
(Afbeelding 3M).
Afbeelding 3M
4. Lijn de vierkante opening van het papierfilter
uit met de opening in de monsterkamerhouder.
Druk de bovenkant van de monsterkamer weer
terug
richting
de
om hem iets platter te maken, totdat hij
vastklikt in de vergrendeling
de monsterkamerhouder (Afbeelding 3N).
Afbeelding 3N
5. Prepareer de andere complete monsterkamers.
6. Houd de monsterkamerhouder verticaal, zodat
de niveauaanduidingen voor 0,5 ml en 1,0 ml op
het cilindrische deel van de monsterkamer
duidelijk zichtbaar zijn. Doseer 0,1 ml tot 1,0 ml
van het monster in de monsterkamer. Dicht
de monsterkamer vervolgens stevig af met een
monsterkamerdop (Afbeelding 3O).
monsterkamerhouder,
boven
op
Pagina 17
Kamerdop
1,0 ml
0,5 ml
Afbeelding 3O
OPMERKING 1: Doseer niet meer dan 1,0 ml monster in
een 1,0 ml-monsterhouder, aangezien
een overschot aan monster kan leiden tot
aerosolvorming in de rotorkom.
OPMERKING 2: Een betere verdeling van cellen op het
objectglaasje kan worden verkregen door
een klein volume monster (0,3 ml of minder)
met een geschikt verdunningsmiddel
te verdunnen tot een uiteindelijk volume
van 0,5 ml.
6 ml- en 12 ml-monsterhouders gebruiken
1. Noteer de naam van het monster op een schoon
objectglaasje en plaats het glaasje, met de matte
zijde omhoog, in de monsterkamerhouder.
2. Plaats de 6 ml-rubberpakking op het objectglaasje
voor gebruik in de 6 ml-monsterkamer. Voor gebruik
in de 12 ml-monsterhouder plaatst u de 12 ml-
rubberpakking op het objectglaasje (Afbeelding 3P).
De afbeelding toont de 6 ml-kamer.
Afbeelding 3P
6 ml-rubberpakking