5.4 INSTALLATIE VAN DE AANDRIJVING
5.4.1
POORT ZONDER PANELEN
1) Zet de poort open.
2) Ontgrendel het hydraulische systeem van de aandrijving
volgens de instructies van hoofdstuk 7.1, door met de speciale
sleutel (Fig.1 ref.r) aan de ontgrendelschroef te draaien (Fig.1
ref.f).
3) Draai de contramoer van de eindschakelaar voor het sluiten
los (Fig.16 ref.a), draai de schroef van de eindschakelaar één
slag losser.
EINDSCHAKELAAR
VOOR HET SLUITEN
EINDSCHAKELAAR
VOOR HET OPENEN
4) Draai het rondsel van de aandrijving met de bijgeleverde
sleutel (Fig.1 ref.r) in de sluitingsrichting van de poort zoals in
figuur 16, tot aan de interne aanslag van de zuiger.
5) Smeer het rondsel van de aandrijving enigszins.
6) Zet de aandrijving met behulp van de speciale handgrepen
in de behuizing, zoals in figuur 17 A
7) Sluit de poort weer.
8) Til de aandrijving op aan de speciale handgrepen (Fig.17 ref.
B), en zorg er daarbij voor dat het rondsel in de gegroefde bus
in de behuizing komt. Als hij er niet in gaat, draai de aandrijving
dan iets tot hij in de bus grijpt.
9) Steek de bevestigingsschroeven er met een splitring en platte
ring in en draai ze, zoals in figuur 17 B ref. a, zo vast dat de
aandrijving aan de behuizing wordt bevestigd.
a
b
Fig.16
10) Open de poort en controleer de correcte positie van de
eindschakelaar voor het openen; stel eventueel de eindschakelaar
af aan de hand van de instructies in hoofdstuk 6.
11) Sluit de poort en controleer de correcte positie van de
eindschakelaar voor het sluiten; stel eventueel de eindschakelaar
af aan de hand van de instructies in hoofdstuk 6.
12) Vergrendel het hydraulische systeem van de aandrijving
volgens de instructies in hoofdstuk 7.1.
13) Sluit de elektriciteitsaansluitingen aan op de elektronische
apparatuur.
14) Bevestig de dekplaat van de behuizing met de bijgeleverde
schroeven.
BEVESTIGINGSSCHROEVEN
A
5.4.2
POORT MET PANELEN
1) Zet de poort open.
2) Breng de aandrijving, evenwijdig aan de behuizing, zodanig
dichterbij dat het rondsel op één lijn is met de rotatie-as van de
poort, zoals in figuur 18.
3) Ontgrendel het hydraulische systeem van de aandrijving
volgens de instructies van hoofdstuk 7.1, door met de speciale
sleutel (Fig.1 ref.r) aan de ontgrendelschroef te draaien (Fig.1
ref. f).
SLEUTEL VOOR
ONTGRENDELEN EN
AFSTELLEN
7
a
B
Fig.17
ROTATIE-AS
VLEUGEL
Fig.18