5 Bediening
5.7
Inbedrijfstelling van de warmtepomp
De inbedrijfstelling van uw warmtepomp geschiedde na
de installatie door uw installateur.
Ook als uw warmtepomp eens door een spanningsdaling
ongecontroleerd van het elektriciteitsnet wordt geschei-
den (stroomuitval, zekering defect, zekering gedeacti-
veerd) is het niet noodzakelijk om de warmtepomp op-
nieuw in bedrijf te stellen. De warmtepomp geoTHERM
exclusiv beschikt over een automatische resetfunctie, d.
w.z. dat de warmtepomp automatisch weer naar de uit-
gangspositie terugkeert voor zover er geen sprake is
van een storing aan de warmtepomp zelf (hoe u in geval
van een storing reageert, leest u in hoofdstuk 5.10).
5.8
Buitenbedrijfstelling van de warmtepomp
Uitschakelen van de warmtepomp is alleen via de bedie-
ningsconsole mogelijk door CV en warmwaterbereiding
in de betreffende menu's uit te schakelen (zie hfdst. 5.4,
Displays van het gebruikersniveau).
Aanwijzing!
h
Indien het noodzakelijk is om het warm-
tepompsysteem compleet stroomloos te
schakelen, schakel dan de zekering van
uw CV-installatie uit.
5.9
Inspectie
Voorwaarde voor de continue gebruiksveiligheid, be-
trouwbaarheid en lange levensduur is een jaarlijkse
inspectie- en onderhoudsbeurt van het toestel door de
installateur.
Gevaar!
d
Niet uitgevoerde inspectie- of onder-
houdsbeurten kunnen leiden tot materië-
le schade en lichamelijk letsel.
Laat inspectie, onderhoud en reparaties
alleen door een erkend installateur uit-
voeren.
Om alle functies van het Vaillant toestel voor lange duur
te garanderen en om de toegestane serietoestand niet
te veranderen, mogen bij onderhoudswerkzaamheden
enkel originele Vaillant onderdelen gebruikt worden!
Een opsomming van eventueel benodigde onderdelen
vindt u in de geldige Vaillant onderdelencatalogi.
Inlichtingen kunt u krijgen bij alle Vaillant servicewerk-
plaatsen.
24
5.10
Verhelpen van storingen en diagnose
5.10.1 Storingsmeldingen op thermostaat
Storingsmeldingen verschijnen ca. 20 sec. nadat de sto-
ring is opgetreden op het display en worden in het sto-
ringsgeheugen van de thermostaat geschreven, wan-
neer de storing ca. 3 min. actief is, waar de installateur
deze later kan opvragen.
Storings geheugen
Storingsnummer
Storingscode
16.02.08
07:18
Storing bron circuit
Voeler T3 warmtebron
Afb. 5.3 Storingsmelding in storingsgeheugen menu I1
De geoTHERM regeling kent verschillende storingstypes:
– Storing van componenten die via eBus zijn aangeslo-
ten.
– Tijdelijke uitschakeling
De warmtepomp blijft in werking. De storing wordt
weergegeven en verdwijnt vanzelf, als de oorzaak van
de storing is verholpen.
– Uitschakeling door storing
De warmtepomp wordt uitgeschakeld. Deze kan na
verhelpen van de oorzaak van de storing door de in-
stallateur en na een storingsreset opnieuw worden ge-
start.
– Bovendien kunnen bij het toestel of het systeem Ove-
rige fouten/storingen optreden.
Attentie!
a
Storing bij de warmtepomp!
Informeer onmiddellijk uw installateur,
als storingsmeldingen in het display van
de bedieningsconsole verschijnen die niet
in de tabellen 5.4 tot 5.7 staan vermeld.
Probeer niet de oorzaak van de storing
zelf te verhelpen.
Aanwijzing!
h
Niet alle hierna vermelde storingen moe-
ten beslist door een installateur worden
verholpen.
Als u er niet zeker van bent of u de oor-
zaak van de storing zelf kunt verhelpen
of als de storing meerdere keren op-
treedt, neem dan contact op met uw in-
stallateur of de Vaillant servicedienst
van de fabriek.
Gebruiksaanwijzing geoTHERM exclusiv VWS 0020045210_02
I1
>1
41