4.1.4 Andere alarmen
4.2 Bedienveld met FBP [AU]
Building Technologies
Fire Safety
<Acknowledge>
●
Bevestigt alle te bevestigen gebeurtenissen
●
Bevestigt aanwezigheid (↑ 'AVC', ↑ 'IC')
●
Schakelt de zoemer uit
<Reset>
Zet alle terugstelbare gebeurtenissen terug (wachtwoord vereist).
<Doormeldvertraging uit>
●
Schakelt de alarmvertraging uit voor alle voorvallen.
●
In geval van een alarm wordt de teletransmissie, respectievelijk ↑ de globale
alarmering dadelijk geïnitieerd.
<Premises manned>
●
Schakelt om tussen de bedrijfsmodi 'Manned operation' en 'Unmanned
operation' (wachtwoord vereist).
●
Roept het overzicht met voorvallen op in geval van gemengde toestand
(↑ Zicht op een aantal 'Bouwdelen' met verschillende instellingen van 'Manned
operation' en 'Unmanned operation').
<Alarm device>
Deactiveert de ↑ alarmgevers in geval van alarm (wachtwoord vereist).
Configureerbare toetsen
Beide toetsen 'a' en 'b' op bovenstaande afbeelding zijn configureerbare
standaardtoetsen.
U kunt deze beide toetsen bijvoorbeeld configureren met onderstaande functies:
●
'Afvragen doormeldteller'
●
'ABM/TM groepen UIT'
Wanneer de toets 'More alarms' wordt ingedrukt, wordt de gebeurtenislijst
'ALARMEN' geopend.
Wanneer de gebeurtenislijst 'ALARMEN' reeds is geopend, heeft <More alarms>
de functie van de toets <▼> en schakelt de toets als hij wordt ingedrukt naar de
volgende alarmgebeurtenis.
De bedienmodule [AU] omvat het bedienveld [AU] met het brandweerpaneel (FBP)
waarmee de brandmeldinstallatie kan worden bediend. Alle essentiële gegevens
uit de brandmeldinstallatie worden spontaan op het bedienveld getoond en kunnen
daar worden opgeroepen.
Bediening door de brandweer
De brandweerbediening wordt vrijgegeven met behulp van een sleutelschakelaar.
De brandweer heeft als toegangsniveau: 2.1. De brandweer kan de toetsen
<Zoemer uit>, <Silence Alarm>, <Reset>, <Disable> en <SEVERAL ALARMS>
bedienen.
Inrichting van het bedienveld
Bedienveld met FBP [AU]
A6V10211076_k_nl_NL
4
25 | 262
2018-08-29