Toestand en kenmerken
Toestand:
●
''Activated' phase'
Ondergeschikte toestand:
●
'Pre-discharge warning time
running'
Akoestische en visuele
toestandskenmerken:
●
Zoemer aan het
blusbedieningspaneel is actief.
Alternatief is deze reeds in de
vorige toestand gedeactiveerd.
●
Zoemer aan het
bedieningspaneel van het
station is actief.
Alternatief is deze reeds in de
vorige toestand gedeactiveerd.
●
De alarmsignaalgever in de
bluszone is intermitterend
actief.
Alarmsignaalsignatuur: Kort-
kort (alarmsignaal-pauze)
De alarmsignaalgever in de
bluszone wordt in deze
toestand automatisch weer
ingeschakeld, als hij in een
vorige toestand op geluidloos
geschakeld is.
●
De 'Illuminated warning panel'
in de bluszone brandt.
●
LED 'Pre-activated / Activated '
aan het blusbedieningspaneel
brandt.
●
LED 'Automatic activation' op
het blusbedieningspaneel
brandt.
●
LED 'Sounder' op het
blusbedieningspaneel brandt.
●
De waarschuwingstijd loopt. De
LED-matrixweergave van het
blusbedieningspaneel geeft de
resterende tijd weer.
●
LED 'Acknowledge' op het
bedieningspaneel van het
station knippert.
●
Display op het
bedieningspaneel van het
station geeft bijkomende
Building Technologies
Fire Safety
Toepassingen en bijbehorende blusprocessen
Nr. Voorwaarde en handeling
1.
Optioneel, indien van
toepassing:
<Silence buzzer> op het
blusbedieningspaneel
indrukken.
Alternatief: <Silence buzzer> op
het blusbedieningspaneel
indrukken.
2a. Voorwaarde:
Bedieningspersoneel is pas bij
deze toestand aangekomen.
Actie:
Als u zich bij het station bevindt,
op het 'PMI'-display de toestand
van de blusinstallatie en de
betreffende bluszone aflezen.
2b. <Acknowledge> op het
blusbedieningspaneel
indrukken.
3.
Mensen uit de bluszone
evacueren. Daarbij de afloop
van de waarschuwingstijd in
acht nemen.
Opmerking: De 'Emergency
abort'-schakelaar activeren, als
de brand tijdens de
waarschuwingstijd handmatig
kon worden geblust. Dit
voorkomt dat de bluszone
onnodig met blusmiddel wordt
bevloeid. Meer informatie over
de nooduitschakeling vindt u in
het hoofdstuk 'Noodstopknop'.
4a. Voorwaarde:
De resterende
waarschuwingstijd voor het
evacueren is voldoende.
Actie:
Geen actie vereist.
Blusfunctie
Gevolg
Optioneel: De zoemer aan het
blusbedieningspaneel stopt.
Alternatief: De zoemer aan het
blusbedieningspaneel van het
station stopt.
-
De activering van de blusinstallatie
is bevestigd.
●
Personen verlaten de
bluszone.
●
Beslissen of resterende
waarschuwingstijd voldoende is
voor de evacuatie van de
aanwezige personen of niet.
●
Personen hebben de bluszone
binnen de geplande
waarschuwingstijd verlaten.
●
Na afloop van de
waarschuwingstijd geeft de
brandmeldcentrale de
blustrajecten vrij en de
blusinstallatie gaat naar de
toestand ''Activated' phase' /
''Released' phase' / 'Flooding'.
Informatie over de verdere stappen
vindt u in de regel voor de toestand
''Activated' phase' / ''Released'
phase' / 'Flooding' hieronder.
A6V10211076_k_nl_NL
10
149 | 262
2018-08-29