Afb. 55: Overzicht van de zonnesysteem-componenten
Zonnesyteem-warmtewisselaar afvullen en spoelen
1. Spoelslang van de spoelkraan (5) op de
zonnesysteem-aanvoer wegnemen en op de
spoelkraan (1) van de veiligheidsgroep op de
zonnesysteem-retour aansluiten.
2. Vulkraan (3) op het filter en spoelkraan (1) op de
veiligheidsgroep openen.
3. Zonnecircuitpomp (uitgang 1) op de SolvisControl in
de handmodus op „IN" instellen.
4. Systeem ca. 15 minuten lang in omloop spoelen, tot
geen luchtbellen meer uit de retourslang opstijgen.
5. Verder met de drukproef van het zonnecircuit.
7.7.2 Drukproef zonnecircuit
Drukproef op het zonnecircuit uitvoeren
De zonnesysteem-warmtewisselaar is zojuist gevuld en
gespoeld, de slangen op de vul- (3) en spoelkraan (1)
zijn nog gemonteerd en de zonnecircuitpomp is in de
handmodus op „IN" geschakeld.
1. Voor de drukproef de spoelkraan (1) van de
veiligheidsgroep sluiten.
2. Een testdruk van ca. 3 bar opbouwen.
3. Zodra de testdruk 3 bar bereikt heeft, de
zonnecircuitpomp (uitgang 1) op de SolvisControl in
de handmodus op „UIT" instellen.
4. Vulkraan (3) op het filter sluiten.
5. Klep (2) op de zonnesysteem-veiligheidsbalk voor het
filter openen.
SOLVIS SolvisMax Gas · Technische wijzigingen voorbehouden 10.09 · F 20-NL
6. Zorgvuldig alle aansluitingen van het zonnecircuit op
dichtheid resp. lekkage controleren (eventueel
aansluitingen natrekken en drukproef herhalen).
7. Na de drukproef de verhoogde druk binnen de
installatie aan de spoelkraan (1) tot op de
zonnesysteem-werkdruk aflaten. Nogmaals
ontluchten van het zonnecircuit is niet noodzakelijk.
• De stijgen van de systeemdruk op de
manometer wordt na het bereiken van de
zonnesysteem-expansievat-voordruk duidelijk
langzamer.
• Alleen op deze manier kan het functioneren van
het zonnesysteem-expansievat gecontroleerd
worden.
Zonnecircuit-werkdruk instellen
1. De zonnesysteem-werkdruk moet hoger dan de
voordruk van het expansievat ingesteld worden, bij
benadering 0,3 bar (bijv. voordruk 1,5 bar,
zonnesysteem-werkdruk 1,8 bar).
2. Bij een eenmaal bereikte zonnesysteem-werkdruk
spoelkraan sluiten.
Een nauwkeurig berekeningsprogramma voor de
zonnesysteem-werkdruk is via de vakpartner-login
op de SOLVIS-homepage te vinden
(http://www.solvis.de onder
Auslegungsprogramme
(berekeningsprogramma's)) resp. bij de
technische verkoop aan te vragen, zie
blz. 4.
3. Verwarmingsinstallatie met de hoofdschakelaar
uitschakelen en daarna weer inschakelen. Daarmee
wordt de zonnecircuitpomp (uitgang 1) op "AUTO"
omgeschakeld. De flow wordt nu afhankelijk van de
collectortemperatuur automatisch geregeld.
Tyfocor-opvangbak opstellen.
1. Een lege Tyfocor-LS-rood-jerrycan links achter in de
console schuiven en de uitblaas- en aftapleiding erin
hangen.
Uit de veiligheidsklep kan zonnesysteemvloeistof
uittreden als 4 bar in het zonnecircuit
overschreden wordt. De jerrycan vangt de
uittredende vloeistof op.
7.8 Basisinstelling (deel 2)
Basisinstelling uitvoeren
Voor de verdere inbedrijfstelling van de installatie zijn
nog afsluitende basisinstellingenen en controles
noodzakelijk. Na de basisinstellingen wordt de
inbedrijfstelling op deze plaats voortgezet.
1. SolvisControl basisinstellingen uitvoeren.
7 Inbedrijfstelling
tel.nr.
37