6 Montage
Geluidsemissie
Indien een overmatige geluidsontwikkeling in het
rookgasafvoersysteem ontstaat, kan een bijbehorende
absorptiegeluiddemper ter vermindering van de
geluidsemissie van de SolvisMax passend bij het
Centrotherm rookgasafvoersysteem geïnstalleerd
worden, zie
hoofdstuk „ Rookgasafvoersysteem",
blz. 54.
6.2.6 Aansluiting condensaatafvoer
BELANGRIJK
Volgende aanwijzingen in acht nemen
• Bij het afvoeren van het condensaat in de
openbare riolering dienen de locale richtlijnen
in acht genomen te worden.
• Voor de condensaatafvoer dient zuurresistent
leidingwerk toegepast te worden. De
condensafvoer onder afschot naar het
afvoerpunt leggen.
Condensaatafvoer leggen
Condensaatafvoer niet hoger dan 20 cm onder
sifonhoogte aanbrengen.
1. De condensaatslang zijdelings uit de afdekkap naar
buiten geleiden.
2. De condensaatafvoer in een vrije uitloop op de
riolering van het gebouw aansluiten.
Toepassing van een condensaatafvoerpomp
• Indien de toepassing van een
condensaatafvoerpomp om bouwkundige
redenen noodzakelijk is, kan deze pomp als
accessoire bij ons besteld worden zie
hoofdstuk „ Rookgasafvoersysteem", blz. 54.
• Voor het aansluiten en de montage de
handleiding van de pomp raadplegen.
Afb. 38: Inbouwplaats van de condensaatafvoerpomp
26
6.2.7 Elektrische aansluiting
Algemene aanwijzingen
GEVAAR
Gevaar voor elektrische stroomstoot
Gezondheidstechnische schade en mogelijk
hartstilstaand mogelijk.
• Installatie vóór werkzaamheden spanningsvrij
schakelen en tegen onbedoeld opnieuw
inschakelen beveiligen.
VOORZICHTIG
Nationale of installatiespecifieke voorschriften
in acht nemen
Nationale bepalingen en voorschriften kunnen
per land benevens ook regionaal verschillend
zijn.
• Voor een veilig en storingsvrij bedrijf dienen
deze in acht genomen te worden en men dient
zich er aan te houden.
WAARSCHUWING
Bij ondeskundige aansluiting op de
voedingsspanning
Gevaar door levensgevaarlijke spanning bij
aanraken
• Alle werkzaamheden aan het net mogen
uitsluitend door geautoriseerd vakpersoneel
worden uitgevoerd.
• Naleving van de desbetreffende voorschriften,
in het bijzonder van de DIN VDE 0100 / IEC
60364 (opbouwen van
laagspanningsinstallaties), de voorschriften ter
voorkoming van ongevallen en de richtlijnen
van de verantwoordelijke energiebedrijven.
• Voor het aansluiten dienen de stroomsoort en
netspanning met het typeplaatje van het
toestel vergeleken te worden.
• De minimale doorsnede van alle aansluitkabels
is in overeenstemming met de
vermogensopname van het toestel te bepalen
en te voorzien.
• Het toestel uitsluitend met inachtneming van
de voorgeschreven veiligheidsmaatregelen en
de aanwijzingen binnen deze handleiding in
bedrijf hebben.
• De installatie is in de locale
potentiaalvereffening met inachtneming van de
minimale doorsneden te betrekken.
• Bij een meerfasen netaansluiting op de juiste
fasepositie van het net letten.
SolvisMax Gas · Technische wijzigingen voorbehouden 10.09 · F 20-NL SOLVIS