BEDIENINGSELEMENTEN EN FUNCTIES
Stuurschakelaar links
③
Dimschakelaar – OMHOOG ③
Inschakelen van deze functie zorgt er ook voor dat de
grootlicht indicator op het dashboard oplicht.
Dimschakelaar – OMLAAG ④
" door de knop in deze positie te zetten wordt het
"
dimlicht ingeschakeld.
Gebruik inhaalsignaal - KNOP INDRUKKEN ④
Houdt de tuimelschakelaar ingedrukt om het grootlicht te laten
knipperen en andere weggebruikers te laten weten dat u wilt
inhalen.
②
③
③
③
⑤
⑦
Richtingaanwijzerschakelaar:
Gebruik de richtingaanwijzer om andere weggebruikers te laten
weten dat u wilt keren of van rijstrook wilt veranderen. Het
richtingaanwijzerlampje op het dashboard zal gaan knipperen
om de bestuurder te waarschuwen dat de richtingaanwijzer is
ingeschakeld
⑤
" " voor "links".
⑥
" " voor "rechts".
Om te annuleren drukt u de schakelaar naar het midden.
⑦
Claxon
":
"
Druk op de claxonknop om te claxonneren.
OPMERKING: de claxon werkt alleen als de
contactschakelaar op "ON" staat.
.
⑥
○
7
11