18 electrolux
Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen. De displays, indicatielampjes
en geluiden tonen welke functies worden gebruikt.
1
2
3
Een kookstandindicator
4
5
6
7
8
Bedieningsstrip
9
10
/
11
Indicatielampjes timer voor de kook-
12
zones
Het timerdisplay
13
14
RESTWARMTE-INDICATIE
Waarschuwing!
Verbrandingsgevaar door restwarmte!
DAGELIJKS GEBRUIK
IN- EN UITSCHAKELING
Raak
1 seconde aan om het apparaat
in– of uit te schakelen.
AUTOMATISCHE UITSCHAKELING
De functie schakelt het apparaat
automatisch uit als:
• Alle kookzones zijn uitgeschakeld.
• U de kookstand niet instelt nadat u het
apparaat hebt ingeschakeld.
• U iets hebt gemorst of iets langer dan 10
seconden op het bedieningspaneel hebt
gelegd (een pan, doek, etc.). Het geluid
klinkt enige tijd en het apparaat wordt uit-
geschakeld. Verwijder het voorwerp of
reinig het bedieningspaneel.
• U een kookzone niet uitschakelt of de
kookstand verandert. Na enige tijd gaat
branden en wordt het apparaat uitge-
schakeld. Zie de tabel.
Tiptoets
-functie
Het apparaat in- en uitschakelen
De functie STOP+GO in- en uitschakelen.
Functie Automatisch opwarmen inschakelen.
De kookstand weergeven.
Toont aan dat de Automatische uitschakelfunctie
werkt.
Het in- en uitschakelen van de buitenste ring.
Het in- en uitschakelen van de buitenste ringen.
Geeft aan dat de kookzone warm blijft.
voor het instellen van de kookstand.
De tijd verlengen of verkorten.
Kookzone instellen.
Geeft aan voor welke zone u de tijd instelt.
Geeft de tijd in minuten weer.
Het bedieningspaneel vergrendelen/ontgrendelen.
• De verhouding tussen warmte-instelling
en tijden van de automatische uitschakel-
ingsfunctie:
• ,
-
— 6 uur
•
-
— 5 uur
•
— 4 uur
•
-
— 1,5 uur
DE KOOKSTAND
Raak de bedieningsstrip aan bij de gewen-
ste kookstand. Beweeg uw vinger over de
bedieningsstrip om de instelling te wijzigen.
Laat niet los voordat de juiste kookstand is
bereikt.