10 mm (0.3937 in)
5 mm (0.1969 in)
- 5 mm (- 0.1969 in)
- 10 mm (- 0.3937 in)
Fig. 24: Meetnauwkeurigheid onder referentiecondities
1
Antennerand, referentievlak
2
Aanbevolen meetbereik
Invloeden op de meetnauwkeurigheid
Temperatuurdrift - stroomuitgang
Afwijking op de stroomuitgang door
digitaal-analoog-omvorming
Extra meetafwijking door elektromagnetische instrooiing
Ʋ Conform NAMUR NE 21
Ʋ Conform EN 61326-1
Ʋ Conform IACS E10 (scheepvaart)/
IEC 60945
Meetkarakteristieken en specificaties
Meetfrequentie
Meetcyclustijd
8)
Sprongantwoordtijd
9)
Stralingshoek
10)
Uitgestraalde HF-vermogen (afhankeliijk van de parametrering)
Ʋ Gemiddelde spectrale zendvermo-
gensdichtheid
Ʋ Maximale spectrale zendvermogens-
dichtheid
Ʋ Max. vermogensdichtheid op 1 m
afstand
Bij afwijkingen van de referentie-omstandigheden kan de inbouwafhankelijke offset tot +/- 4 mm zijn. Deze
7)
offset kan door de inregeling worden gecompenseerd.
Bij voedingsspanning U
8)
Tijdsperiode na sprongsgewijze verandering van de meetafstand van 1 m naar 5 m, tot het uitgangssignaal
9)
voor de eerste keer 90% van de stabilisatiewaarde heeft aangenomen (IEC 61298-2). Geldt bij voedingsspan-
ning U
≥ 24 V DC.
B
Buiten de opgegeven stralingshoek heeft de energie van het radarsignaal een met 50 % (-3 dB) gereduceerd
10)
niveau.
EIRP: Equivalent Isotropic Radiated Power
11)
VEGAPULS 11 • Tweedraads 4 ... 20 mA
0
0,25 m (0.8202 ft)
1
≥ 24 V DC
B
7)
< 0,03 %/10 K gerelateerd aan het 16 mA-bereik resp.
max. ≤0,3 %
< 15 µA
< 80 µA
Geen
< 250 µA
W-band (80 GHz-technologie)
≤ 250 ms
≤ 3 s
8°
-3 dBm/MHz EIRP
+34 dBm/50 MHz EIRP
< 3 µW/cm²
11)
13 Bijlage
2
43