4.5
Aanwijzingen voor het veilige bedrijf
4.5.1
Algemeen
Installeer de frequentieregelaar buiten de explosiegevaarlijke omgeving.
4.5.2
Thermische motorbeveiliging
Om het overschrijden van de toelaatbare maximumtemperatuur uit te sluiten zijn voor
het bedrijf aan frequentieregelaars alleen motoren toegestaan, die voorzien zijn van
PTC-temperatuurvoelers (TF). Deze moeten bewaakt worden door een geschikt
apparaat.
4.5.3
Overspanning op de motorklemmen
De overspanning op de motorklemmen moet begrensd worden tot een waarde van
< 1700 V. Dit kan bijvoorbeeld bereikt worden door de ingangsspanning op de frequen-
tieregelaar tot 500 V te begrenzen.
Als er applicatiegerelateerde bedrijfstoestanden optreden waarbij de aandrijving vaak
generatorisch gebruikt wordt (bijv. hijswerktoepassingen), moeten op de motorklemmen
altijd uitgangsfilters (sinusfilters) gebruikt worden om gevaarlijke overspanningen te
voorkomen.
Als er rekenkundig geen veilige uitspraak over de spanning aan de motorklemmen
mogelijk is, dan moet na inbedrijfstelling en mogelijk bij de nominale belasting van de
aandrijving een meting van de spanningspieken met een hiervoor geschikt apparaat uit-
gevoerd worden.
4.5.4
EMC-maatregelen
Voor de frequentieregelaars van de series MOVIDRIVE
gende componenten toegestaan:
•
•
•
4.5.5
Reductoren
Bij de parametrering van door frequentieregelaars geregelde motorreductoren moeten
de karakteristieke waarden n
Aanvulling op de technische handleiding – Explosiebeveiligde draaistroommotor DR63/eDR63
Aanwijzingen voor het veilige bedrijf
netfilters van de serie NF...-...
ferrietkernen van de serie HD...
uitgangsfilter (sinusfilter) HF..
Bij het gebruik van een uitgangsfilter is het spanningsverlies via het filter te
compenseren.
Elektrische installatie
en M
van de reductor in acht worden genomen.
emax
amax
®
®
en MOVITRAC
zijn de vol-
4
15