Noodnummers
Standaard is het landspecifieke noodnummer "112" ingesteld. Het is niet mogelijk dit te
wijzigen of te wissen. U kunt vijf eigen noodnummers invoeren.
i
Het noodnummer kan ook worden gekozen op een handset met beperkte
autorisatie (bijvoorbeeld
Eigen noodnummer instellen, wijzigen, weergeven en wissen
¢
¢
v
w
Ð
/
s
s
/
<geen invoer>
Í
of ...
Nummer wijzigen
~
Í
Invoer opslaan
of ...
s
s
/
Nummer weergeven
of ...
s
s
/
Nummer wissen
Als uw telefoon op een centrale is aangesloten, dient u vóór het alarm-
i
nummer het juiste toegangsnummer plaatsen (de netlijncode, bijvoor-
beeld 0; zie pagina 84). Dat geldt ook voor de vooraf ingestelde alarm-
nummers. Deze moet u bijvoorbeeld vervangen door „0112".
Alleen intern
¢
Basis
Instellingen
Vermelding selecteren, bijvoorbeeld
invoer>
Displaytoets indrukken om het submenu te
openen.
Noodnummer instellen, wijzigen:
Bevestigen.
OK
Nieuwe noodnummer (maximaal 32 cijfers)
invoeren of bestaand noodnummer wijzigen. U
kunt de nummers ook overnemen uit het tele-
foonboek s
Displaytoets indrukken om het submenu te
openen.
Bevestigen.
OK
Noodnummer weergeven:
Selecteren en bevestigen.
OK
Noodnummer wissen:
Selecteren en bevestigen.
OK
).
¢
¢
Veiligheid
Noodnummers
.
s of de snelkieslijst C.
/
Beveiliging
<geen
65