Functies tijdens een gesprek
Verbinding met tweede externe deelnemer tot stand brengen:
~
[RRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRR]
TERUG
of ...
q
q
y x
/
of
of ...
[RRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRR]
CONF.
of ...
Interne ruggespraak
u wilt tijdens een extern gesprek een interne deelnemer bellen.
Interne ruggespraak starten:
of ...
u
u
/
of ...
[RRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRR]
INT
De eerste deelnemer wordt nu in de wachtstand gezet. De eerste (externe) deelnemer
hoort de ingestelde wachtmuziek (pagina 80) als de verbinding intern in de wachtstand
wordt gezet (pagina 80).
Verbinding met interne deelnemer tot stand brengen:
of ...
~
of ...
[RRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRR]
LIJST
s
s
/
Int11: Intern 11
26
Telefoonnummer van tweede deelnemer invoeren.
De verbinding kan ook via het telefoonboek of een
andere lijst tot stand worden gebracht.
Tweede deelnemer is in gesprek:
Displaytoets indrukken om terug te keren naar de
eerste deelnemer.
Tweede deelnemer neemt op:
Wisselgesprek (pagina 27):
Schakelen tussen gesprekspartners.
Conferentie (pagina 28):
Displaytoets indrukken om telefonische conferentie
tot stand te brengen.
Gesprek doorverbinden (pagina 29)
„Intern kiezen" starten.
Displaytoets indrukken om „Intern kiezen" te starten.
Nummer van de gewenste interne gesprekspartner
invoeren.
Displaytoets indrukken.
Intern nummer selecteren, bijvoorbeeld Int11:
OK
Intern 11 en bevestigen.
Verbinding met interne deelnemer wordt tot stand
gebracht.
Geselecteerde interne deelnemer is in gesprek: