Opbouw en functie
MIG/MAG-lassen
5.10.2.4 Invoeren van de draadelektrode
Letselgevaar door bewegende onderdelen!
De draadtoevoerapparaten zijn met bewegende onderdelen uitgerust die handen, haar,
kledingsstukken of gereedschap kunnen grijpen en zodoende personen kunnen
verwonden!
•
Handen niet in draaiende of bewegende onderdelen of aandrijfonderdelen plaatsen!
•
Afdekkingen of veiligheidskleppen van de behuizing tijdens werking gesloten houden!
Letselgevaar door ongecontroleerd losraken van de lasdraad!
De lasdraad kan met hoge snelheid worden toegevoerd en bij onvakkundig of
onvolledige draadgeleiding ongecontroleerd losraken en personen verwonden!
•
Voordat men de stroom aansluit dient men de volledige draadgeleiding, van de draadspoel
tot de lastoorts, tot stand te brengen!
•
Bij niet gemonteerde lastoorts, tegendrukrollen van de draadtoevoeraandrijving losmaken!
•
De draadgeleiding op regelmatige afstanden controleren!
•
Tijdens de werking alle afdekkingen of veiligheidskleppen van de behuizing gesloten
houden!
Letselgevaar door uit de lastoorts uittredend lasdraad!
De draadelektrode kan met hoge snelheid uit de lastoorts komen en lichaamsdelen
zoals gezicht en ogen verwonden!
•
Lastoorts nooit op eigen lichaam of op andere personen richten!
Verhoogde slijtage door ongeschikte aanpersdruk!
Door een ongeschikte aanpersdruk wordt de slijtage van de draadtoevoerrollen
verhoogd!
•
De aanpersdruk moet bij de instelmoeren van de drukunits zo worden ingesteld dat de
draadelektrode wordt getransporteerd, echter doorslipt als de draadspoel blokkeert!
•
De aanpersdruk van de voorste rollen (in de toevoerrichting gezien) hoger instellen!
De draadinvoersnelheid kan, door gelijktijdig indrukken van de knop Draad invoeren en het
draaien van de draaiknop Draadsnelheid, traploos worden ingesteld.
34
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
099-005114-EW505
05.02.2016