Aansluiting centraal bedieningspaneel
voor betaalmachines (optie)
Label 10
A
Label 13
Om het risico op een elektrische schok te verminderen, de
stroomvoorziening van dit apparaat uitschakelen alvorens een
onderhoud uit te voeren. De sturingen op OFF zetten schakelt de
stroomvoorziening van dit apparaat niet uit.
Aan de achterzijde boven de hoofdaansluitingklemmen bevindt zich een printje waarop
het centraal bedieningspaneel voor betaalmachines aangesloten kan worden.
De rechterklemmen vormen een spanningsvrij uitgangscontact waardoor het
bedieningspaneel detecteert wanneer de machine in werking of in rust is.
De linkerklemmen ontvangen het signaal waarmee door het bedieningspaneel een
machine selecteerd wordt.
Hierin zijn 3 verschillende variaties mogelijk naargelang de uitgangsspanning van
het bedieningspaneel. (Zie Labels 10, 11 en 12)
Label 11
BELANGRIJK:
Indien een machine met dergelijk printje uitgerust is of wanneer er een printje inge-
bouwd wordt, mag de weerstand van het cycluscontact (A) op de hoofdprint niet
meer aanwezig zijn. (Zie Label 13)
Wanneer deze weerstand aanwezig is moet deze uit de hoofdprint geknipt
worden.
WAARSCHUWING
4
Label 12
43