Niveauregeling En Peilindicatie; Overige Functies Van Het Regelsysteem - Wilo Rainsystem AF150 Inbouw- En Bedieningsvoorschriften
Verberg thumbnails
Zie ook voor Rainsystem AF150:
- Installatie en gebruikshandleiding (28 pagina's) ,
- Inbouw- en bedieningsvoorschriften (32 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
nl
4.6.2
Niveauregeling en peilindicatie
4.6.3
Overige functies van het regelsys-
teem
24
•
Maak de volgende aansluitingen:
–
Toevoerleiding op de vlotterkraan van de buffertank
–
Persleiding naar de verbruiker
–
Zuigleiding per pomp naar het regenwaterreservoir
–
Elektrische netaansluiting
•
Monteer de niveausensor in het niet inbegrepen regenwaterreservoir.
In de toestand gereed voor bedrijf, bij gesloten aftappunten, zijn de pompen uitgeschakeld.
Bij het openen van een aftappunt daalt de druk in de installatie. Als de inschakeldruk wordt
bereikt, wordt de eerste pomp ingeschakeld. Als de ingestelde gewenste druk binnen een
instelbare tijd niet wordt bereikt, wordt de tweede pomp ingeschakeld. Na het sluiten van
het aftappunt stijgt de druk en worden de pompen achtereenvolgens uitgeschakeld. Alle
systeemtoestanden en storingsmeldingen in samenhang met de niveau- en drukdetectie
worden op het display van het regelsysteem weergegeven. Of er water uit het regenwater-
reservoir of uit de buffertank wordt gehaald, wordt bepaald in een controleprocedure op
basis van het vulpeil en de status van het systeem.
Het vulpeil in het regenwaterreservoir wordt gemeten met een vulpeilsensor. De vulpeil-
sensor (leveringsomvang) heeft een meetbereik van 0 ... 5 mWS en kan indien nodig in het
regelsysteem worden ingesteld in het sensortype-menu.
•
Installeer de vulpeilsensor minstens 15 cm boven de bodem van het regenwaterreservoir
om het risico op vervuiling of verstopping van de meetcel te voorkomen.
De peilindicatie is geschikt voor alle tanktypes (kunststof, beton, metaal) en tankvormen
(vierkante en rechthoekige tankvormen, staande cilinder, liggende cilinder en bolvormig).
Het vulniveau wordt weergegeven in meter (0,01m = 1 cm), gemeten vanaf de installatie-
hoogte van de sensor of in % van het vulvolume. Hier betekent 100% een waterpeil vanaf
de sensor tot aan de overloop van het regenwaterreservoir.
Voor de weergave van het procentuele vulniveau moeten de reservoirvorm, reservoirhoog-
te, sensorinstallatiehoogte en overloophoogte worden ingevoerd in de corresponderende
menu's van de regelaar.
De menuparameters "Omschakelen naar drinkwater" of "Vers water AAN" en "Omschakelen
naar regenwater" of "Vers water UIT" bepalen de omschakeling van de afname van regen-
water uit het regenwaterreservoir naar vers water uit de buffertank en omgekeerd.
De menuparameter "Alarmniveau" beïnvloedt het regelgedrag als er een vermoeden is van
mogelijke opstuwing of verontreiniging van het regenwater in het regenwaterreservoir.
LET OP
• Zie bijgevoegde inbouw- en bedieningsvoorschriften van het regel-
systeem.
Het regelsysteem bewaakt de installatie met behulp van de druksensor. Al naargelang de
waterbehoefte van het systeem schakelt het regelsysteem de pompen achtereenvolgens
bij of uit.
Als de installatie gereed voor bedrijf is en de druk in de installatie onder het inschakeldruk-
niveau daalt doordat er een aftappunt wordt geopend, schakelt het regelsysteem de basis-
lastpomp in.
Als de druk terugvalt naar het inschakeldrukniveau door een toenemende watervraag,
wordt de pieklastpomp ingeschakeld.
Bij een afnemende waterbehoefte stijgt de druk in de installatie. Wanneer het eerste uit-
schakeldrukniveau wordt bereikt, wordt de pieklastpomp uitgeschakeld (vertragingstijd als
parameter). Om snelle drukvariaties te voorkomen, vinden de in- en uitschakelprocedures
van de pieklastpomp met tijdsvertraging plaats. De basislastpomp schakelt pas uit bij een
hogere druk (uitschakeldrempel als parameter). De nalooptijd van de basislastpomp kan ook
worden ingesteld.
Als bescherming tegen overbelasting van de motor moet voor elke motor de activerings-
waarde worden ingesteld als menuparameter.
Andere functies zoals droogloopbeveiliging of te lage druk, watergebrekvertraging, pomp-
wisseling en bedrijfssituatie handmatig/automatisch kunnen als menuparameter worden
ingesteld of geselecteerd op het regelsysteem.
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Rainsystem AF150 • Ed.01/2024-07
Advertenties
Inhoudsopgave
