BEDIENING
Onderhoud en verzorging
4.4
Nooduitschakeling
Wanneer er een noodgeval is opgetreden, gaat u als volgt te werk:
f Onderbreek de stroomvoorziening door de stekker uit het
f
stopcontact te halen of door de zekering uit te schakelen.
f Sluit de koudwatertoevoer.
f
f Informeer onmiddellijk een installateur, omdat het toestel
f
bij onderbroken stroomvoorziening niet tegen corrosie be-
schermd is.
5.
Onderhoud en verzorging
WAARSCHUWING elektrische schok
- Reinig alleen de buitenzijde van het toestel.
- Open het toestel niet.
- Steek geen voorwerpen door het rooster in het in-
wendige van het toestel.
- Spuit het toestel niet schoon met water.
- Spuit geen water in het toestel.
WAARSCHUWING letsel
!
Onderhoudswerkzaamheden, zoals het controleren van
de elektrische veiligheid, mogen alleen uitgevoerd wor-
den door een installateur.
Toestelcom-
Verzorgingsaanwijzingen
ponenten
Behuizing
Voor de verzorging van de onderdelen van de behuizing
volstaat een vochtige doek. Gebruik geen schurende reini-
gingsmiddelen of reinigingsmiddelen die oplosmiddelen
bevatten.
Luchttoevoer-
Reinig elk half jaar het luchttoevoerrooster en het luchtaf-
rooster/luchtaf-
voerrooster. Spinnenwebben of ander vuil kunnen schadelijk
voerrooster
zijn voor de luchttoevoer van het toestel.
Warmwater-
Het warmwatervat is uitgerust met een onderhoudsvrije
boiler
gelijkspanningsanode als bescherming tegen corrosie. De
gelijkspanningsanode kan het toestel alleen beschermen als
het toestel niet spanningsvrij geschakeld wordt zolang het
met water gevuld is. Anders dreigt het gevaar van corrosie.
Elektr. nood-/
Laat de elektrische nood-/bijverwarming periodiek ontkal-
bijverwarming
ken. Dit zorgt voor een langere levensduur van de elektri-
sche nood-/bijverwarming.
Toestel
Laat de veiligheidsgroep en de verdamper periodiek contro-
leren door een installateur.
Condensaataf-
Schroef het elleboogstuk van de condensaatafvoer. Contro-
voer
leer de condensaatafvoer op vrije doorloop en verwijder vuil
op de aansluiting "Condensaatafvoer".
Kalkaanslag
Bijna al het water geeft kalk af bij hoge temperaturen. De kalk
slaat neer in het toestel en beïnvloedt de werking en de levens-
duur van het toestel. De installateur, die op de hoogte is van de
plaatselijke waterkwaliteit, kan u meedelen wanneer het volgende
onderhoud uitgevoerd moet worden.
f Controleer regelmatig de kranen. Verwijder kalk
f
op de kraanuitlopen met in de handel verkrijgbare
ontkalkingsmiddelen.
f Stel het veiligheidsventiel regelmatig in werking, zodat het
f
niet gaat blokkeren door bijv. kalkafzettingen.
www.stiebel-eltron.com
6.
Problemen verhelpen
Tip
Op sommige plaatsen wordt verwezen naar de toestelpa-
rameters. Zie hoofdstuk "Technische gegevens".
Fout
Oorzaak
De compressor
Wanneer het toestel zich
functioneert, de
in de ontdooiingsmodus
ventilator echter
bevindt, kan de maximale
niet.
ontdooiingsduur worden
overschreden tot de venti-
lator weer inschakelt. Het
ontdooiproces wordt op
het display weergegeven.
Er wordt geen
Het toestel heeft geen
warm water
spanning.
beschikbaar
gesteld.
Een zekering van de
huisinstallatie is geacti-
veerd.
De temperatuur van de
aangezogen lucht ligt
buiten het werkingsgebied
(zie hoofdstuk "Technische
gegevens / Gegevensta-
bel"). De compressor wordt
automatisch uitgeschakeld/
geblokkeerd.
De vermogensgegevens
van het toestel zijn in over-
eenstemming met de norm
met de in de gegevenstabel
vermelde aanzuigtem-
peratuur berekend. De
efficiency en het vermogen
van het toestel nemen af
als die temperatuur lager
is dan die temperatuur. Er
sprake is van een langere
opwarmtijd.
Als de looptijd van de
warmtepomp zeer lang is,
kan de oorzaak een te lage
aanzuigtemperatuur zijn.
De nominale
Het toestel verlaagt, afhan-
temperatuur
kelijk van de aanzuig- en
wordt niet be-
heetgastemperatuur, evt.
reikt.
tijdelijk de nominale waar-
de naar de actuele meet-
waarde van de integrale
sensor.
Oplossing
Er is geen ingreep vereist. In
het toestel is een maximale
ontdooiingsduur ingesteld.
Wanneer ondanks ontdooiing
binnen de maximale ontdooi-
ingsduur de ontdooiingseind-
temperatuur niet wordt bereikt,
verschijnt een foutcode. Infor-
meer uw vakman.
Controleer of het toestel op de
stroomvoorziening aangeslo-
ten is.
Controleer of de zekeringen van
de huisinstallatie zijn geacti-
veerd. Ontkoppel het toestel
evt. van de stroomvoorziening
en schakel de zekeringen op-
nieuw in. Neem contact op met
een installateur als de zekering
na het aansluiten van het toe-
stel op de stroomvoorziening
opnieuw geactiveerd wordt.
Er is geen ingreep vereist.
Het toestel warmt het water
op met de elektrische nood-/
bijverwarming. Zodra de
temperatuur weer binnen het
werkingsgebied ligt, wordt het
verwarmingsproces met de
compressor voortgezet.
Er is geen ingreep vereist.
Activeer eventueel de looptij-
dafhankelijke snelopwarming.
Let erop dat daarbij meer ener-
gie wordt verbruikt.
Er is geen ingreep vereist. Ac-
tiveer eventueel de looptijdaf-
hankelijke snelopwarming.
Er is geen ingreep vereist.
Het toestel toont het symbool
"Aanpassing gevraagde tem-
peratuur" en blokkeert de
opwarming van het drinkwater
tot de meetwaarde van de inte-
graalsensor met de verlaagde
inschakelhysterese wordt on-
derschreden. Het opwarmings-
proces van het tapwater wordt
vervolgens weer vrijgeschakeld
en de oorspronkelijk ingestelde,
gevraagde temperatuur wordt
in acht genomen.
WWK 221-301 electronic |
13