7.4 Boordnet
07-24
• Controleer vóór iedere reis het laadni-
veau van de accu (zie pagina 07-13).
Breng zo nodig een netaansluiting tot
stand en activeer de hoofdschakelaar
om de accu op te laden.
• Laat de hoofdschakelaar tijdens het
gebruik van de caravan ingescha-
keld, opdat de accu regelmatig wordt
opgeladen.
• Vergeet niet de drukschakelaar op de
batterijhouder te activeren.
• Benut tijdens uw reis iedere gelegen-
heid om de accu op te laden.
• Na een bepaalde gebruiksduur en na
blootstelling aan lage temperaturen
verliest de accu aan vermogen.
• Als tijdens het ontladen de resterende
looptijd onder 1 uur zakt, wordt er een
akoestische waarschuwing gegeven.
• Mocht de accuspanning onder de
10,0 V komen, dan worden automa-
tisch alle apparaten uitgeschakeld.
• Als de accu door veroudering onder
50% van zijn nominale capaciteit zakt,
wordt een waarschuwing gegeven.
• Bij langdurige stilstand zonder gebru-
ik van het voertuig moet de accu – na
volledig te zijn opgeladen – worden
losgekoppeld of moet de hoofdscha-
kelaar worden uitgeschakeld.
De omschakeling van accuvoeding naar netvoe-
ding gebeurt automatisch zodra het boordnet op
het stroomnet wordt aangesloten.
De voedingseenheid zet m.b.v. een omvormer de
externe netspanning om voor de 12V-gebruikers.
Alle lampen in de caravan zijn 12V-lampen
Alleen grote elektrische apparaten als boiler,
vloerverwarming, airconditioning enz. werken op
230 Volt.