— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Draadklossen verwisselen bij ontwerpen met zeven of
meer kleuren
In dit gedeelte vindt u informatie over de melding dat de draadklossen moeten worden verwisseld en hoe u
de draadklossen eenvoudig kunt verwisselen.
Melding draadklos
verwisselen
Wanneer de draadklos moet worden verwisseld
tijdens het borduren van een patroon dat zeven of
meer kleuren bevat, stopt de machine automatisch
met borduren en wordt de onderstaande melding
weergegeven. Deze melding wordt ook
weergegeven wanneer de draadklossen moeten
worden verwisseld voordat wordt begonnen met
het borduren van een nieuw patroon. Verwissel de
draadklossen aan de hand van de nieuwe
toewijzingen.
1 De draadinformatie voor draadklos die niet
hoeft te worden verwisseld, wordt weergegeven
in een grijs kader.
2 De draadinformatie voor de te verwisselen
draadklos wordt weergegeven de nieuwe
draadkleur en in een rood kader.
3 Druk op deze toets om de melding te sluiten dat
de draadklos moet worden verwisseld.
● Druk op de naaldstangtoets om de naald
naar de juiste positie te verplaatsen om de
nieuwe draadkleur in te rijgen. Zie
"Geselecteerde naaldstang verplaatsen en
inrijgen" op pagina 61.
● Als het borduurscherm wordt
weergegeven, wordt de huidige toewijzing
van de kleuren draad opgeslagen.
Wanneer de volgende keer dezelfde kleur
draad wordt gebruikt als de draadklossen
moeten worden verwisseld, wordt de
naaldstang opnieuw toegewezen aan
dezelfde kleur draad.
Opmerking
Draadklossen verwisselen bij ontwerpen met zeven of meer kleuren
Memo
● Als u een andere kleur draad wilt
gebruiken dan is aangegeven, drukt u op
de tijdelijke-naaldstanginstellingentoets en
wijzigt u vervolgens de instelling van de
kleur draad. (Zie "Instelling voor tijdelijke
naaldstang" op pagina 130 voor meer
informatie.)
● U kunt het aantal draadkloswisselingen
beperken door veelgebruikte kleuren
draad specifiek toe te wijzen aan bepaalde
naaldstangen. (Zie "Instellingen voor
gereserveerde naaldstang" op pagina 132
voor meer informatie.)
1
2
3
3
103