2 Basismeetmethoden
2.3
De binnendiameter meten
Meet de diameter (binnendiameter) van een gat. Voor de meting van de binnendiameter, moet u de
laagste en hoogste punten van het gat verkrijgen om de afstand te meten. Als voorbeeld wordt de
procedure voor het meten van de binnendiameter van A (40 mm), hieronder weergegeven, uitgelegd.
Tips
De bedieningsprocedures variëren een beetje naargelang de methode die is ingesteld voor het beëindigen
van de scanmeting. Bevestig eerst de methode die is ingesteld voor het beëindigen van het scanmeting.
Ga naar
"3.4 De beëindigingsmethode instellen voor scanmetingen" (pagina 43) voor meer details.
1
Druk op
.
»
wordt linksboven op het LCD-scherm weergegeven.
2
Verkrijg het laagste punt van het gat.
Als de afsluitmethode van de scanmeting is ingesteld op [Auto] (automatische beëindiging)
1
Richt de kogel van de taster naar
links of rechts van het middelste
onderoppervlak van het gat en breng
het langzaam in contact met het
oppervlak totdat er een pieptoon klinkt.
Houd contact met de kogel.
»
[0,000] wordt weergegeven op het
LCD-scherm.
OPMERKING
Breng de kogel binnen 0,5 mm van het
laagste punt in contact. Meten met een
groter bereik kan meetfouten verhogen.
2
Zet het wiel om de taster naar boven/
beneden te brengen vast met uw hand
of de klemschroef om te voorkomen dat
het beweegt.
Hoogste punt
A (40 mm)
Laagste punt
ABS-referentie
21
nr. 99MAF600N