Printer niet geschikt
<Oorzaak> De aangesloten printer kan niet worden gebruikt.
Oplossing
Maak verbinding met de ondersteunde printer.
Kan niet communiceren met server
<Oorzaak> De clientcomputer kan niet communiceren met de afdrukserver.
Oplossing
Controleer de status van de afdrukserver en van uw computer.
Communicatiefout
<Oorzaak> De USB-kabel is niet aangesloten of de printer is niet ingeschakeld.
Oplossing
Sluit de USB-kabel aan.
1
Oplossing
Schakel de printer in.
2
Fout met netwerkkaart
<Oorzaak> De LAN-kabel is niet aangesloten op de netwerkadapter. Anders zijn de netwerkadapter en
de printer niet ingeschakeld.
Oplossing
Sluit de LAN-kabel aan op de netwerkadapter.
1
Oplossing
Zet de printer en de netwerkadapter aan (ON).
2
Kan niet communiceren met printer
<Oorzaak 1> Omdat de functie bidirectionele communicatie niet is ingeschakeld, kan de computer niet
met de printer communiceren.
Schakel bidirectionele communicatie in en start de computer en printer opnieuw.
Oplossing
"Basisbewerkingen/Diverse informatie voor Windows"
<Oorzaak 2> De computer kan niet communiceren met de printer die is omgeleid via de
terminalservice.
Dit probleem kan onder andere worden veroorzaakt door de Firewall-instellingen.
Oplossing
Controleer de communicatie-instellingen van de server, clients, enzovoort.
Onjuiste poort
<Oorzaak> De printer is aangesloten op een poort die niet door de printer wordt ondersteund.