Installatie en Aansluiting
Symmetrisch afgeschermde kabels: drie concentrische geleiders met of zonder aardgeleider, symmetrisch vervaardigd, met een
Opmerkingen:
(1) SCu = koperen of aluminium buitenmantel.
(2) AFe = staal of verzinkt staal.
(3) PE = aardgeleider.
(4) De kabelafscherming moet aan beide uiteinden (frequentieregelaar en motor) zijn geaard. Gebruik 360º aansluitingen voor een lage
impedantiebij hoge frequenties. Zie
(5) Om de afscherming als aardlekbeveiliging te kunnen gebruiken, moet deze beschikken over ten minste 50 % van het geleidingsvermogen
van stroomkabels. Voeg anders een externe aardgeleider toe en gebruik de afscherming als een EMC bescherming.
(6) Het geleidingsvermogen van de afscherming bij hoge frequentie dient ten minste 10 % van het geleidingsvermogen van de stroomkabel te
bedragen.
3
Aarding van de motorkabelafscherming: Maak een verbinding met lage impedantie voor hoge frequenties.
Voorbeeld in
de motorkabel op soortgelijke wijze aan op de aarde, met de klem aan de binnenkant van de omvormer.
Afbeelding 3.17 - Voorbeeld van de aansluiting van de motorkabelafscherming aan de binnenkant van de bij het product geleverde Nema 1 kit
3.2.4 Aardaansluitingen
GEVAAR!
De aardingskabels mogen niet met andere met een hoog vermogen werkende apparatuur worden
gedeeld (bijv. motoren met hoog vermogen, soldeermachines, etc.). Bij het installeren van meerdere
frequentieregelaarsmoeten de procedures in
de aardaansluiting.
LET OP!
De nulleider van het netwerk moet stevig geaard zijn; maar deze leider mag niet worden gebruikt
om de omvormer te aarden.
3-24 | CFW-11
PE
buitenmantel van koper of aluminium.
Afbeelding 3.17 op pagina
Afbeelding 3.16 - Motoraansluitkabels aanbevolen door IEC 60034-25
Afbeelding 3.17 op pagina
PE
U
W
V
PE
SCu
3-24.
3-24. Bij omvormers zonder Nema1-kit sluit u de afscherming van
Assembleer de aardingsklem in
deze positie wanneer de Nema 1
kit niet wordt gebruikt.
Afbeelding 3.18 op pagina 3-25
U
W
V
PEs
AFe
worden gevolgd voor