Bericht
66_BASE PUMP STOP
ON (basepomp gestopt,
aan)
67_BASE PUMP STOP
OFF (basepomp gestopt,
uit)
81_ATM PRESSURE
HIGH (ATM-druk hoog)
82_ATM PRESSURE
LOW (ATM-druk laag)
83_SERVICE TIME
(servicetijd)
84_SAMPLER ERROR
(samplerfout)
88_O2 CONTROLLER
WARN (waarschuwing
O2-controller)
89_TC SPAN CAL FAIL
(TC-span-kalibratie
mislukt)
90_TC SPAN CHCK
FAIL (TC-span-controle
mislukt)
Tabel 4 Systeemwaarschuwingen (vervolg)
Beschrijving
De basepomp is gestopt met de
rotatiesensor ingeschakeld of de
rotatiesensor werkt niet naar behoren
(continu ingeschakeld).
ON (aan) = led 17 is ingeschakeld
(signaalplaat)
De basepomp is gestopt met de
rotatiesensor uitgeschakeld of de
rotatiesensor werkt niet naar behoren
(geen rotatie gedetecteerd).
OFF (uit) = led 17 is uitgeschakeld
(signaalplaat)
De waarde van omgevingsdruksensor
is meer dan 115 kPa. De waarde van
de omgevingsdruksensor wordt
ingesteld op 101,3 kPa
(storingsbedrijfsmodus).
De waarde van omgevingsdruksensor
is minder dan 60 kPa. De waarde van
de omgevingsdruksensor wordt
ingesteld op 101,3 kPa
(storingsbedrijfsmodus).
Onderhoud is noodzakelijk (interval van
200 dagen).
Er is geen/weinig monster of lage
luchtdruk/vacuüm in de sampler.
Er is een probleem met de
communicatie tussen het moederbord
en de O
-controllerplaat.
2
Het resultaat van de Tc-spankalibratie
valt niet binnen de waarden van de
instelling TC BAND.
Het resultaat van de Tc-spancontrole
valt niet binnen de waarden van de
instelling TC BAND.
Oorzaak en oplossing
Controleer de rotatie van de basepomp.
Controleer het sensorsignaal van pomp. Controleer led
17 op de signaalplaat en DI06 in het menu DIGITAL
INPUT (digitale ingang). Raadpleeg MAINTENANCE
(onderhoud) > DIAGNOSTICS (diagnostiek) >
INPUT/OUTPUT STATUS (in-/uitgangsstatus) >
DIGITAL INPUT (digitale ingang). Vervang de pomp.
Controleer ADC[8] in het menu ANALOG INPUT
(analoge ingang). Raadpleeg MAINTENANCE
(onderhoud) > DIAGNOSTICS (diagnostiek) >
INPUT/OUTPUT STATUS (in-/uitgangsstatus) >
ANALOG INPUT (analoge ingang). De meetwaarde
moet ongeveer 4 V bedragen.
De druksensor werkt niet naar behoren.
Vervang het moederbord. Zie
accessoires
op pagina 43
Voer de noodzakelijke onderhoudstaken uit. Reset
vervolgens de onderhoudsteller om de waarschuwing te
bevestigen. Selecteer MAINTENANCE (onderhoud) >
DIAGNOSTICS (diagnostiek) > SERVICE > RESET
SERVICE COUNTER (teller service resetten).
Controleer het LCD-scherm van de sampler voor meer
informatie. Raadpleeg de gebruikershandleiding van de
sampler.
Controleer of led 2 (L2) op de O
ingeschakeld is.
Controleer de 24 VDC-voeding op de O
bij aansluiting J6.
Controleer de lintkabelaansluitingen op de plaat.
Verwijder defecte onderdelen en schakel vervolgens de
stroomtoevoer van de analyser in.
Vervang de O
-controllerplaat indien nodig. Zie
2
Reserveonderdelen en -accessoires
Controleer de concentratie van de standaardoplossing.
Controleer de instellingen voor SPAN CALIBRATION
(span-kalibratie).
Problemen oplossen
Reserveonderdelen en -
-controllerplaat
2
-controllerplaat
2
op pagina 43.
19