Cursorbesturing en toetsenbord
Omgevingslichtsensor
De notebookcomputer heeft een ingebouwde lichtsensor, die
de notebookcomputer in staat stelt om de helderheid van het
beeldscherm automatisch aan te passen aan het aanwezige
omgevingslicht. Wanneer het omgevingslicht verandert,
detecteert de omgevingslichtsensor deze wijziging en wordt
de helderheid van het beeldscherm automatisch aangepast.
U kunt de omgevingslichtsensor op drie manieren
in- en uitschakelen:
■
door te drukken op
■
via de Quick Launch Buttons-software;
■
via het pictogram Quick Launch Buttons in het systeemvak.
✎
Om de omgevingslichtsensor in en uit te kunnen schakelen
via de Quick Launch Buttons-software of het pictogram
Quick Launch Buttons in het systeemvak, moet de
Quick Launch Buttons-software zijn geïnstalleerd.
Om de omgevingslichtsensor in en uit te schakelen met een
hotkey, drukt u op
3–16
;
fn+f11
fn+f11.
Handleiding voor de hardware en software