Apparaatbeveiliging
Met het menu Device Security (Apparaatbeveiliging) van
Computer Setup kunt u de meeste poorten en schijfeenheden
geheel of gedeeltelijk uitschakelen.
Mogelijkheden van de notebookcomputer worden als volgt
uitgeschakeld of weer ingeschakeld in Computer Setup:
1. Sluit de notebookcomputer af. Als u niet zeker weet of de
notebookcomputer is afgesloten of in de hibernationstand
staat, zet u de notebookcomputer aan met de aan/uit-knop
en vervolgens weer uit met de opdracht van het besturings-
systeem hiervoor.
2. Controleer of de vaste schijf zich in de notebookcomputer
bevindt (niet in een optioneel dockingapparaat of externe
MultiBay).
3. Open Computer Setup door de notebookcomputer in te
schakelen of opnieuw op te starten. Druk op
het bericht "F10 = ROM Based Setup" linksonder op
het scherm verschijnt.
❏
❏
4. Selecteer Security (Beveiliging) > Device security
(Apparaatbeveiliging) en voer uw voorkeuren in.
5. Druk op
6. Om uw voorkeuren op te slaan, selecteert u File (Bestand) >
Save Changes and Exit (Wijzigingen opslaan en
programma verlaten). Volg daarna de instructies
op het scherm.
Uw voorkeuren worden opgeslagen als u Computer Setup afsluit.
Ze zijn van kracht wanneer de notebookcomputer opnieuw wordt
gestart.
Handleiding voor de hardware en software
Als u de taal wilt wijzigen, drukt u op
Voor navigatie-instructies drukt u op
om uw voorkeuren te bevestigen.
f10
Beveiliging
wanneer
f10
.
f2
.
f1
12–21