17.2 Aansluiting van de startkabels
BS = reserveaccu
BP = defecte accu
MP = motor defecte machine
17.3 De motor starten
1.
Ga na of de kabels stevig op de klemmen van de accu aangesloten zijn.
2. Start de motor van de reparerende machine en verhoog de snelheid van de motor tot het
maximum.
3. Draai de startschakelaar van de defecte machine op "START", om de motor te starten. Als de
motor niet start, moet u minstens twee minuten wachten en het vervolgens opnieuw proberen.
Leg de motor van de reparerende machine niet stil en handhaaf de snelheid van de motor op het
maximale toerental.
17.4 De startkabels loskoppelen
•
Nadat u de motor van de defecte machine gestart hebt, moet u de startkabels in de omge-
keerde volgorde van de aansluitprocedure loskoppelen.
BS = reserveaccu
BP = defecte accu
MP = motor defecte machine
17 In geval van een lege accu
1. Zet de startschakelaars van beide machines in
de stand "OFF".
2. Sluit de tang van de rode startkabel (A) aan op
de positieve klem van de accu van de defecte
machine.
3. Sluit de andere tang van de rode startkabel (A)
aan op de positieve klem van de accu van de repa-
rerende machine.
4. Sluit de tang van de zwarte startkabel (B) aan
op de negatieve klem van de accu van de repare-
rende machine.
5. Sluit de andere tang van de zwarte startkabel
(B) aan op het motorblok van de defecte machine.
1. Verwijder de tang van de zwarte startkabel
(B) van het motorblok van de defecte machine.
2. Verwijder de tang van de zwarte startkabel
(B) van de negatieve klem van de accu van de
reparerende machine.
3. Verwijder de tang van de rode startkabel (A)
van de positieve klem van de accu van de repa-
rerende machine.
4. Verwijder de tang van de rode startkabel (A)
van de positieve klem van de accu van de de-
fecte machine.
www.duma-rent.com
129