Bedieningselementen, indicators en bediening van de machine
3.7.1
Functies van het platformbedieningsstation
Alarm:
Dit alarm aan de voorkant van het platform geeft een geluidssignaal bij verschillende omstandigheden
van de machine of waarschuwingen zoals een signaal wanneer het systeem gereed is of wanneer het
kantelalarm van de machine wordt geactiveerd.
Armbeschermers (indien aanwezig)
Indien de machine is uitgerust met elektronische armbeschermers, zakt het platform niet lager dan een
vooraf ingestelde hoogte en gaat de zwaailichten van de machine in een ander tempo knipperen om het
personeel op de grond te waarschuwen. De machine kan na een vertraging van drie (3) seconden het
neerlaten weer inschakelen. Zodra de functie neerlaten opnieuw wordt ingeschakeld, klinkt er een
geluidsalarm. Na een vertraging van 3 seconden zal het platform verder dalen.
Indicator acculading
De indicator acculading geeft de huidige laadstatus van de accu's aan.
•
Rode led knippert = accu's leeg
•
Rode led brandt = accu's bijna leeg
•
Rode en groene leds branden = accu's volledig opgeladen
Joystick Rijden/Heffen/Sturen
Activeringsknop – Deze knop bevindt zich aan de voorzijde van de joystick. De knop functioneert als
activeringsschakelaar en moet worden ingedrukt alvorens de rij-, stuur- en heffunctie te bedienen.
Wanneer deze wordt losgelaten, stopt de functie die wordt bediend.
De snelheid van alle ingeschakelde functies is evenredig met de afstand vanuit de neutrale (midden-
)positie die de joystick wordt verplaatst.
Op-
Zodra de schakelaar wordt ingedrukt, heeft de machinist (5) seconden om een functie te starten. Na 5
mer-
seconden moet de schakelaar worden losgelaten en opnieuw worden ingedrukt om de joystickfunctie te
king:
bedienen.
Op-
Als de machine ook is voorzien van een voetschakelaar, moet de voetschakelaar samen met de active-
mer-
ringsknop op de joystickregelaar worden ingedrukt. De voeding naar het platformbedieningsstation
king:
wordt uitgeschakeld wanneer de voetschakelaar wordt losgelaten.
Stuurschakelaar – De stuurschakelaar is een duimschakelaar die zich boven op de bedieningshendel
van de joystick bevindt. Wanneer de schakelaar rechts wordt ingedrukt, sturen de wielen naar rechts.
Wanneer de schakelaar links wordt ingedrukt, sturen de wielen naar links.
Joystickregelaar – Deze regelt het heffen en rijden.
Keuzeschakelaar rijsnelheid
De versnellingsschakelaar met twee standen kiest hoog of laag bereik van de
rijsnelheid. Rijd op hoge snelheid in open, platte en vlakke werkgebieden. Rijd op
lage snelheid in gesloten werkgebieden met obstakels andere machines of
personeel die ontweken moeten worden.
Op-
De rijsnelheid wordt automatisch tot lage versnelling verminderd als het platform
mer-
boven de opbergstand wordt geheven, ongeacht de stand van de
king:
snelheidsschakelaar.
R2632, R3246
31222164
43