BedIeNING
Instellingen
Werking met externe signaalgever
Materiële schade
!
Zie "Toegelaten spanningsbereik van externe signaalge-
ver" in hoofdstuk "Technische gegevens/Gegevenstabel".
De toestellen zijn standaard zo uitgevoerd dat u aan een aan-
gesloten, externe signaalgever, zoals een PV-installatie of een
signaalgever voor het daltarief, een eigen, individuele gevraagde
waarde voor de warmwatertemperatuur toewijzen kunt ("gev-
raagde temperatuur 2").
Deze gevraagde temperatuur 2 wordt geactiveerd, wanneer er
op de voor de externe signaalgever voorziene klem een signaal
aanwezig is (zie hoofdstuk "Elektrische aansluiting/Aansluitvariant
met externe signaalgever"). gevraagde temperatuur 2 vervangt in
de periode waarin deze is ingeschakeld, de standaard gevraagde
waarde voor de warmwatertemperatuur ("gevraagde tempera-
tuur 1").
Als de gevraagde temperatuur 2 door de externe signaalgever
wordt ingeschakeld, blijft deze gevraagde temperatuur daarna ge-
durende een minimale looptijd van 20 minuten ingeschakeld. Als
het signaal na het verstrijken van deze 20 minuten nog aanwezig
is, loopt de compressor door totdat het externe signaal verdwijnt
of totdat de nominale temperatuur 2 bereikt wordt. Daarna is de
ingestelde nominale temperatuur 1 geactiveerd.
Indien de overeenkomstige gevraagde waarde van de warmwa-
tertemperatuur bereikt is, schakelt de compressor uit en blijft
gedurende een minimale rusttijd van 20 minuten uitgeschakeld.
De volgende illustratie licht de samenhang toe aan de hand van
een voorbeeld van het signaalverloop van een externe signaal-
gever.
Voorbeeld:
- Watertemperatuur = 55 °C
- Gevraagde temperatuur 1 = 50 °C
- Gevraagde temperatuur 2 = 65 °C
A
1
0
0
5
10
15
20
25
30
35
B
1
0
0
5
10
15
20
25
30
35
A Extern signaal
B Compressor
1 20 min minimuminschakeling gevraagde temperatuur 2
2 20 min minimumrusttijd compressor
Info
Een extern signaal moet minstens 60 seconden aanhou-
den voordat het door de regeling herkend wordt. Dit
voorkomt bijv. dat zonnestraling die slechts enkele se-
conden duurt, een opwarmproces start dat vervolgens
wegens gebrek aan zonneschijn niet met zelf geprodu-
ceerde fotovoltaïsche stroom gevoed kan worden.
88
| WWK 221-301 electronic
40
45
50
55
60
65
70
75
t [min]
40
45
50
55
60
65
70
75
t [min]
Ventilatortoerental
Info
Verander nooit de capaciteit van de ventilator. Deze is bij
de eerste ingebruikname ingesteld door de installateur.
Weergave temperatuur aanzuiglucht
Activeer de functie "Looptijdafhankelijke snelopwarming"
Info
Gebruik de looptijdafhankelijke snelopwarming alleen
wanneer dat nodig is en alleen bij lage aanzuigtempera-
turen, bijv. bij gebruik in de buitenlucht in de winter en
zo nodig in het overgangsseizoen. Vermijd gebruik van
de looptijdafhankelijke snelopwarming bij aanzuigtem-
peraturen waarbij opwarming zonder elektrische nood-/
bijverwarming doorgaans de behoefte dekt. In dergelijke
gevallen zou een te kort gekozen looptijd onnodig veel
energie kosten. De in de fabriek ingestelde looptijd be-
draagt 8 uur en dient bij een continu geactiveerde functie
niet lager te worden ingesteld.
Schakel de functie in de zomer, en waar mogelijk in het
1
overgangsseizoen, uit om een verhoogd stroomverbruik
2
te voorkomen.
Ter verhoging van uw comfort beschikt het toestel over een loop-
tijdafhankelijke snelopwarming. Wanneer de gevraagde tempera-
tuur m.b.v. de warmtepomp na een vrij instelbare tijd niet wordt
bereikt, dan schakelt het toestel (bij activering van deze functie)
het toestel in de parallelle werking bij ter ondersteuning van de
elektrische nood-/bijverwarming. Na het bereiken van de nomi-
nale waarde blijft de elektrische nood-/bijverwarming inactief tot
de ingestelde tijd na een warmteaanvraag weer is verlopen. Deze
functie is standaard uitgeschakeld.
Bij een installatie met buitenluchtaanzuiging adviseren wij de
functie "Looptijdafhankelijke snelopwarming" tijdens de winter-
maanden en steeds naar behoefte bij dalende buitentempera-
turen in het overgangsseizoen in te schakelen. Zo voorkomt u
bijv. comfortverlies wanneer het verwarmingsvermogen van de
De actueel ingestelde ventilatorcapaciteit
verschijnt, voorafgegaan door de letter F.
Er verschijnt een "A" als symbool voor de
aanzuigtemperatuur.
De actuele temperatuur van de aangezo-
gen lucht wordt weergegeven.
De temperatuur van de aanzuiglucht
wordt alleen weergegeven wanneer de
ventilator van het toestel actief is. Wan-
neer de temperatuur van de aanzuiglucht
niet kan worden vastgesteld, verschijnen
er twee streepjes.
www.stiebel-eltron.com