Brandvlek
Een kenmerk van plasmaschermen (PDP's) is dat het weergeven van hetzelfde beeld gedurende een lange tijd tot gevolg heeft dat een
gedeelte van het beeld op het scherm achterblijft (fosfor-brandvlek).
Dit wordt veroorzaakt door een verslechtering in verlichting als gevolg van het ophopingseffect. Om dergelijke brandvlekken te
voorkomen, moet u voorkomen dat hetzelfde beeld gedurende langere perioden wordt weergegeven of de TV zoveel mogelijk op de
normale manier gebruiken.
Wanneer er brandvlekken optreden, moet u bewegende beelden, zoals videosoftware laten weergeven. Als de brandvlek niet te ernstig
is, kan deze geleidelijk aan minder zichtbaar worden. Wanneer een brandvlek echter eenmaal is opgetreden, zal deze nooit helemaal
verdwijnen. Als er regelmatig stilstaande beelden worden weergegeven, is het raadzaam de helderheid te verlagen, door het scherm
te bladeren of de weergavepositie te veranderen of de TV in de volledige modus te gebruiken.
Puntstoringen
PDP-schermen maken gebruik van hoeveelheden fijne pixels om beelden weer te geven. Als er geen probleem is met meer dan
99,99% van deze pixels, dan moet u er begrip voor hebben dat een zeer klein aantal van deze pixels wellicht niet oplichten of niet
altijd oplichten.
Effect op infrarode apparatuur
Houd er rekening mee dat er interferentie kan optreden bij gebruik van infrarode apparatuur zoals infrarode, draadloze hoofdtelefoons.
Opmerking
De afstandsbediening die bij dit apparaat is geleverd is een klasse 1 LED-product.
Installeer het apparaat altijd op de juiste wijze op een plaats met voldoende ventilatie.
Als u deze TV installeert, neem dan altijd de opgegeven minimale afstanden tot de vloer en de muren alsmede de minimumeisen voor
installatie in een kleine afgesloten ruimte of kast in acht.
Houd altijd de voorgeschreven minimale afstanden voor veilig gebruik van het apparaat aan.
Als u zich niet aan de onderstaande voorzorgsmaatregelen houdt, kan dit
resulteren in schade aan de televisie of afstandsbediening.
NOOIT de ventilatiesleuven of -gaten van de TV blokkeren.
(Als de ventilatiesleuven of -gaten geblokkeerd worden door een krant of textiel enz, is het mogelijk
dat de warmte niet kan ontsnappen.)
NOOIT iets op de TV plaatsen.
(zoals cosmetica of medicijnen, vazen, potplanten, kopjes, enz.)
Zorg dat er nooit enig voorwerp of vloeistof in de behuizing van de TV terechtkomt.
(Als water of vloeistof in dit apparaat terechtkomt, kan dit brand of elektrische schokken tot gevolg hebben.)
NOOIT bronnen met open vuur, zoals brandende kaarsen, op de TV plaatsen.
Het oppervlak van het TV-scherm is zeer delicaat. Wees voorzichtig dat u het TV-scherm niet beschadigt.
Mocht het TV-scherm vuil worden, maak dit dan schoon met een zachte droge doek. Wrijf nooit te hard.
Gebruik nooit een wasmiddel of oplosmiddel voor het scherm.
Als er iets mis is met de TV, trek de stekker dan uit het stopcontact en roep de hulp in van een erkende TV-monteur. Probeer het
apparaat nooit zelf te repareren en open nooit de behuizing.
INHOUD
Uw TV installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
TV-knoppen en -functies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Afstandsbedieningstoetsen en functies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Teletekst-functie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Het menu van de TV gebruiken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Gebruik als computerbeeldscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Nog meer menu's. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Verdere voorbereidingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
CH/CC-nummers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Verhelpen van storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Specificaties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
2