Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Uitgangsfuncties; Elektrische Aansturing Van De Filters; Aanzuigafsluiter; Spoelafsluiter - EWS ES2070 CA Bedieningsvoorschrift

Besturing voor demineralisatie-installaties
Inhoudsopgave

Advertenties

ES2070 CA

6 Uitgangsfuncties

In dit hoofdstuk worden de diverse uitgangsfuncties beschreven, n.l.:
-

Elektrische aansturing van de filters

-
Zuigafsluiter kation / anion
-

Spoelafsluiter

-
Vulafsluiter kation / anion
6.1 Elektrische aansturing van de filters
De besturing is zowel geschikt voor het aansturen van een kation-anion installatie die is opgebouwd
met behulp van individuele afsluiters als voor een installatie opgebouwd met centrale stuurventielen,
die op basis van wisselschakeling of pulsschakeling worden aangestuurd.
Zie § 14.3 "Uitgangsfuncties" op blz. 29.

6.2 Aanzuigafsluiter

De uitgangsfunctie "Aanzuigafsluiter" kan alleen worden geactiveerd indien de elektrische aansturing
op basis van wisselschakeling (Alt) of pulssturing (Imp) is geprogrammeerd.
Er kan worden ingesteld of het aanzuigen dient te gebeuren in fase 1 of fase 2 van de regeneratie.
Ook de aanzuigtijd is programmeerbaar. Is de geprogrammeerde lengte echter langer dan de
ingestelde tijd van regeneratiefase dan zal het aanzuigen direct bij overschakelen naar de volgende
regeneratiefase worden gestopt en wordt de tijd niet afgemaakt.
6.3 Spoelafsluiter
De spoelafsluiter kan alleen tijdens de bedrijfsfase worden geopend. De bedrijfsafsluiter van het anion
filter wordt gesloten tijdens het spoelen.
De spoelafsluiterfunctie dient te worden geactiveerd evenals de bewaking op de maximale
geleidendheid. Overschrijdt de gemeten geleidendheid de ingestelde grenswaarde gedurende de
ingestelde vertraging dan zal de spoelafsluiter worden geopend. De spoeltijd is instelbaar.
Komt de gemeten geleidendheid weer onder de maximale grenswaarde dan zal de afsluiter worden
gesloten. Indien de geleidendheid na afloop van de spoeltijd nog steeds niet in orde is, dan zal
afhankelijk van de programmering de regeneratie worden gestart of kan een alarm worden gegeven.

6.4 Vulafsluiter

Voorafgaand aan de uiteindelijke regeneratie kan door activering van de "vulafsluiter" functie
(zie § 14.3 "Uitgangsfuncties" op blz. 29) een vulprogramma worden gestart. Hiermee kan een
chemicaliëntank worden afgevuld vlak voor het begin van de regeneratie (bijvoorbeeld een HCl-tank
of NaOH-tank). Gedurende een ingestelde tijd wordt de vulafsluiter geopend.
Is ook de bijbehorende hoog niveauschakelaar van de chemicaliëntank geactiveerd dan kan worden
gecontroleerd of het vullen goed is gegaan. Is het niveau in de chemicaliëntank binnen de opgegeven
vultijd voldoende gestegen dan wordt de vulklep gesloten en kan de regeneratie beginnen. De
volledige vultijd wordt dan niet volbracht.
Is de vultijd voorbij en het niveau in de tank nog niet voldoende dan zal een melding volgen in het
LCD display. Via de toets
het LCD display en wordt de eventueel ingeschakelde alarm uitgang gedeactiveerd.
Indien zowel kation- als anionfilter moeten worden geregenereerd dan worden beide vulprogramma's
gelijktijdig geactiveerd voorafgaand aan de regeneratie van het kationfilter.
De controle van het niveau in de chemicaliëntank voor het anionfilter wordt pas gecontroleerd op
het moment dat het anionfilter daadwerkelijk wil gaan regenereren.
Uitgangsfuncties
- Circulatiepomp
- Flow pulse
- Regeneratie-uitgang
- Alarm
kan het vulprogramma opnieuw worden gestart. De melding verdwijnt uit
14

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave