3. Instellingen
17
3.6 Bekkenframe met zwenkarm
A
Het bekkenframe met zwenkarm (A) kan in
de hoogte en diepte worden versteld. De
hoogteafstelling wordt uitgevoerd met be-
hulp van de afstelling op de middelste kolom
(zie punt 3.1). Een fijnafstelling van de hoogte
wordt uitgevoerd door schroeven (B) los te
draaien. Breng het bekkenframe nu op de
gewenste hoogte.
Voor het instellen van de diepte draait u
schroeven (C) aan weerszijden los en trekt
u het achterste gedeelte van het bekken-
frame aan beide kanten gelijkmatig uit
B
de diepteinstelling. Zorg ervoor, dat bei-
de binnenbuizen van de diepteverstel-
ling even ver zijn uitgetrokken. Alleen op
die manier kan het sluitingsmechanisme
D
van het bekkenframe op een soepele manier
functioneren. Het bekkenframe is voorzien
van een veiligheidssluiting. Voor het openen
van de zwenkarm van het bekkenframe drukt
F
u op veiligheidsknop (D) en trekt u de bouten
uit de sluiting. Nu kunt u de zwenkarm van
C
het bekkenframe openen.
Voor het sluiten steekt u het bekkenframe
met zwenkarm in stift (E). Borg het bekken-
frame met zwenkarm nu door de veiligheids-
bouten met veiligheidskop (D) in de opening
op het frame (F) te plaatsen.
E
Draai na iedere instelling alle verstellingen
weer vast!