Onderhoud
Vervang het primaire brandstoffilter en het secundaire brandstof-
filter.
Controleer de spanning van de dynamoriem en haal deze indien
nodig aan.
Vervang de dynamoriem.
Controleer de brandstofslangen en controleer of er geen scheu-
ren en lekken zijn.
Vervang de brandstofslangen.
Maaidek
Reinig het maaidek, onder de riemafdekkingen en onder het
maaidek.
Inspecteer het maaidek op beschadigingen.
Inspecteer de messen in het maaidek. Zo nodig slijpen en balan-
ceren.
Inspecteer de V-riem van het maaidek.
Vervang de V-riem van het maaidek.
Controleer het oliepeil in de hoekoverbrenging.
Ververs de olie in de hoekoverbrenging.
Controleer of het maaidek correct is uitgelijnd.
Wielen en transmissies
Controleer de wielmoeren en haal ze aan met het juiste koppel.
(84 Nm)
Controleer de snelheid van de voor- en achterwielen en stel de-
ze af.
Zorg voor de juiste bandenspanning. Zie
op pagina 193 .
Ververs de olie in de transmissies
Smeer de spieën van de wielassen
Controleer het oliepeil in de transmissies en reinig de magneti-
sche plug.
Product reinigen
OPGELET:
hogedrukspuit of stoomreiniger. Water kan
in lagers en elektrische aansluitingen
dringen en corrosie veroorzaken die tot
schade aan het product kan leiden.
164
Technische gegevens
Gebruik geen
Elke
Weke-
dag
lijks
*
*
O
X
•
Reinig het product direct na gebruik.
•
Reinig geen hete oppervlakken zoals de motor, de
uitlaatdemper en het uitlaatsysteem. Wacht tot de
oppervlakken zijn afgekoeld en verwijder daarna
gras of vuil.
Onderhoudsinterval in
Na de
uren
eerste
50 uur
100 200 400 800
X
*
Om de 5 jaar
O
X
X
X
X
X
X
X
*
*
O
*
O
*
1593 - 005 - 25.10.2021
O
*