▶ Nooit proberen om een vuur met water te
blussen, maar het apparaat uitschakelen
en dan de vlammen bijv. met een deksel of
een blusdeken afdekken.
Het kookvlak wordt erg heet.
▶ Nooit brandbare voorwerpen op het kook-
vlak of in de directe omgeving leggen.
▶ Nooit voorwerpen op het kookvlak bewa-
ren.
De kookplaat schakelt vanzelf uit en kan niet
meer worden bediend. Hij kan later per onge-
luk worden ingeschakeld.
▶ Neem contact op met de klantenservice.
Als de kookplaat wordt afgedekt, kan dat on-
gelukken veroorzaken, bijvoorbeeld door
oververhitting, in brand vliegen of ontploffende
materialen.
▶ Dek de kookplaat niet af.
Schakel na elk gebruik de kookplaat uit met
de bedieningselementen.
▶ Niet wachten tot de kookplaat automatisch
uitschakelt omdat er zich geen potten en
pannen meer op bevinden.
In geval van een apparaatstoring kan het ap-
paraat onbedoeld weer worden ingeschakeld.
▶ De kookplaat na elk gebruik uitschakelen.
Wacht niet tot de kookplaat automatisch
wordt uitgeschakeld doordat er geen pan
meer op de kookplaat staat.
Levensmiddelen kunnen vuur vatten.
▶ Er moet toezicht worden gehouden op het
kookproces. Een korte procedure moet
permanent worden gecontroleerd.
WAARSCHUWING ‒ Kans op
brandwonden!
Tijdens het gebruik worden het apparaat en
zijn aanraakbare onderdelen heet, vooral een
eventueel aanwezig kookplaatframe.
▶ Wees voorzichtig om het aanraken van ver-
warmingselementen te voorkomen.
▶ Kinderen jonger dan 8 jaar moeten uit de
buurt worden gehouden.
De kookzone warmt op, maar de indicatie
functioneert niet
▶ Neem contact op met de klantenservice.
Kookplaatbeschermroosters kunnen tot onge-
vallen leiden.
▶ Nooit kookplaatbeschermroosters gebrui-
ken.
Het apparaat wordt heet tijdens het gebruik.
▶ Het apparaat voor het schoonmaken laten
afkoelen.
Voorwerpen van metaal worden zeer snel
heet op de kookplaat.
▶ Leg nooit voorwerpen van metaal, zoals
messen, vorken, lepels of deksels, op de
kookplaat.
WAARSCHUWING ‒ Kans op elektrische
schok!
Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.
▶ Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel
mag reparaties aan het apparaat uitvoeren.
▶ Er mogen uitsluitend originele reserveon-
derdelen worden gebruikt voor reparatie
van het apparaat.
▶ Als het netsnoer van dit apparaat bescha-
digd raakt, dient dit te worden vervangen
door een speciaal snoer dat verkrijgbaar is
bij de fabrikant of de servicedienst.
Een beschadigd apparaat is gevaarlijk.
▶ Nooit een beschadigd apparaat gebruiken.
▶ Is het oppervlak gescheurd, dan het appa-
raat uitschakelen om een mogelijke elektri-
sche schok te vermijden. Hiervoor het ap-
paraat via de zekering in de meterkast uit-
schakelen.
▶ Kookzoneknop op nul zetten.
▶ Neem contact op met de service-afdeling.
▶ Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel
mag reparaties aan het apparaat uitvoeren.
Binnendringend vocht kan een elektrische
schok veroorzaken.
▶ Geen stoomreiniger of hogedrukreiniger
gebruiken om het apparaat te reinigen.
Bij hete apparaatonderdelen kan de kabeliso-
latie van elektrische apparaten smelten.
▶ Zorg ervoor dat de aansluitkabel van elek-
trische apparaten nooit in contact komt met
hete onderdelen van het apparaat.
Contact van metalen voorwerpen met de zich
aan de onderkant van de kookplaat bevinden-
de ventilator kan leiden tot een elektrische
schok.
▶ Bewaar geen lange, puntige metalen voor-
werpen in de lade onder de kookplaat.
WAARSCHUWING ‒ Kans op letsel!
Wanneer er vloeistof zit tussen de bodem van
de pan en de kookzone, kunnen kookpannen
plotseling omhoog springen.
▶ Zorg ervoor dat de kookzone en de bodem
van de pan altijd droog zijn.
▶ Nooit bevroren kookgerei gebruiken.
Veiligheid nl
3