6.8
Gasafstelling
Nadat u gecontroleerd heeft of de verwarmingsketel correct werkt,
dient u de verbrandingsgegevens te meten, het max. en het min.
vermogen, alsook het verbrandingsrendement te controleren door de
te activeren.
reinigingsfunctie
6.8.1
Reinigingsfunctie en kalibratie
De
reinigingsfunctie
is
onderhoudstechnicus om de gasdruk te controleren, om de
verbrandingsparameters te registreren en het verbrandingsrendement
te meten indien dit vereist is door de geldende wetgeving.
Deze functie duurt 15 minuten. Handel als volgt om ze te activeren:
– met de verwarmingsketel niet in werking, draai de schroef van de
drukstekker (1) van de gasklep los en sluit er een manometer op
aan
GASKLEPPEN
ALU PLUS HE 360
- 720 - 1100
– een warmteverzoek activeren
– druk op een van de toetsen
activeren.
Laat de werking van het toestel stabiliseren. Vervolgens:
– houd de toets
M
gedurende een paar seconden ingedrukt, tot de
knipperende afbeelding
z
– druk op de toets
Z
om de ketel te laten werken aan de max.
brandkracht (Qmax) die op het display wordt weergeven door
– controleer of de drukwaarde van het toevoergas G20=20 mbar
bedraagt
42
nuttig
voor
de
gekwalificeerde
1
s
of
n
om de verwarmingsketel te
verschijnt
– meet de CO
-waarde en controleer of ze overeenstemt met de
2
waarde die vermeld is in de tabel. Als dit niet het geval is, draai aan
de "regelschroef max. vermogen" (2) van de gasklep tot u de CO
waarde van de tabel bereikt. Voer eventueel andere noodzakelijke
metingen uit.
Na de noodzakelijke regelingen en metingen:
– druk op de toets
brandkracht (Qmin) die op het display wordt weergeven door
– meet de CO
-waarde en controleer of ze overeenstemt met de
2
waarde die vermeld is in de tabel. Als dit niet het geval is, draai aan
de "regelschroef min. vermogen" (3) van de gasklep tot u de CO
waarde van de tabel bereikt.
GASKLEPPEN
ALU PLUS HE 360
Afb. 31
ALU PLUS HE
360
720
1100
m
WAARSCHUWING
Deze procedure MOET WORDEN UITGEVOERD na de
vervanging van de gasklep wegens een defect.
v
N
om de ketel te laten werken aan de min.
- 720 - 1100
2
3
CO
(G20)
2
Qmax
(% ± 0,2)
9,5
9,5
9,6
NL
-
2
G
-
2
Afb. 32
Qmin
(% ± 0,2)
9,0
9,0
9,0