schakelen. Daardoor voorkomt u onnodige slijtage van
koppeling, koppelingstrommel en remband.
N.B.! Trek het starterkoord niet volledig uit en laat de
starthendel niet zomaar los wanneer het volledig
uitgetrokken is. Dit kan tot beschadigingen van de
machine leiden.
Let op! Reset de kettingrem door de terugslagbescherming
terug te brengen naar de handvatbeugel. De
motorkettingzaag is dan klaar voor gebruik.
WAARSCHUWING! Langdurige inademing
!
van de uitlaatgassen van de motor,
kettingolienevel en stof van zaagsel kan
een gezondheidsrisico vormen.
•
Start de motorkettingzaag nooit zonder dat zaagblad,
zaagketting en alle kappen correct gemonteerd zijn.
Zie de instructies in het hoofdstuk Monteren. Wanneer
zaagblad en ketting niet op de motorzaag zijn
gemonteerd, kan de koppeling losraken en ernstig
letsel veroorzaken.
•
De kettingrem moet geactiveerd zijn wanneer u de
motorzaag start. Zie instructies onder het hoofdstuk
100 – Dutch
STARTEN EN STOPPEN
Starten en stoppen. Gebruik nooit de valstart voor de
motorzaag. Deze methode is zeer gevaarlijk omdat u
makkelijk de controle over de motorzaag kunt verliezen.
•
Start de machine nooit binnenshuis. Vergeet niet dat
het gevaarlijk is om de uitlaatgassen van de motor in
te ademen.
•
Controleer de omgeving en vergewis u ervan dat er
geen risico bestaat dat mensen of dieren in contact
komen met de snijuitrusting.
•
Hou de motorzaag altijd met beide handen beet. Hou
uw rechterhand op de achterhandgreep en uw
linkerhand op de voorhandgreep. Alle gebruikers,
zowel rechts- als linkshandigen, moeten deze
greep gebruiken.Hou stevig vast zodat uw duimen en
vingers de handgrepen van de motorzaag omsluiten.
Stoppen
U stopt de motor door het stopcontact naar stopstand te
schuiven.