6 Instrument bedienen
6.1
Instrument inschakelen
>
Inschakelen: Draaischakelaar op gewenste meetmodus draaien.
-
Het instrument is ingeschakeld.
6.2
Achtergrondverlichting in-/uitschakelen
>
Om in / uit te schakelen: Toets
Binnen 2 minuten schakelt de achtergrondverlichting zich automatisch uit.
Het in-/uitschakelen van de achtergrondverlichting is mogelijk in alle
meetmodi.
6.3
Instrument uitschakelen
(automatisch/handmatig)
6.3.1
Automatisch
De automatische uitschakelfunctie (APO) is als basisinstelling altijd geactiveerd en
APO
wordt met
weergegeven in het LC-display. Als binnen 15 min geen
bedieningstoets wordt geactiveerd, dan schakelt het instrument automatisch uit.
Indien nodig kan de automatische uitschakelfunctie (APO) worden uitgeschakeld.
>
Uitschakelfunctie deactiveren: Knop
draaischakelaar van de OFF-positie in een andere positie draaien.
Na het uitschakelen van het instrument wordt de uitschakelfunctie
teruggezet op de basisinstelling.
6.3.2
Handmatig
>
Uitschakelen: Draaischakelaar op positie
14
[
]
kort indrukken.
[
]
indrukken en de
[OFF]
draaien.