Voorzorgsmaatregelen voor gebruik
2 Voorzorgsmaatregelen voor gebruik
In deze handleiding worden voorzorgsmaatregelen volgens hun belang ingedeeld in
'waarschuwingen' en 'voorzichtig. De betekenissen zijn als volgt:
WAARSCHUWING:
De informatie gaat over veiligheid en efficiëntie. Als u de waarschuwingen negeert, kan dat
letsels veroorzaken.
VOORZICHTIG:
De informatie gaat over richtinggevende suggesties. Als u de informatie onder
'voorzichtig' negeert, kan dat het normale gebruik van het product beïnvloeden. Lees
zorgvuldig alle teksten onder 'warning' en 'voorzichtig' in deze handleiding.
WARNING:
⚫
De spuitpomp moet worden bediend door professionele klinische gezondheidswerkers.
⚫
Controleer vóór het gebruik de status van de pomp, het netsnoer en andere bijbehorende
accessoires, om er zeker van te zijn dat het apparaat normaal en veilig kan worden gebruikt.
⚫
De injectiepomp ondersteunt geen lucht-in-lijndetectie. Spoel altijd voor elk gebruik de
lucht uit het systeem.
⚫
Besteed extra aandacht aan verdraaiingen van de infuuslijn wanneer deze wordt gebruikt
voor infusie met lage snelheid. Bij een lagere infusiesnelheid zal het langer duren voor
de occlusie wordt gedetecteerd, waardoor de infusie voor een lange tijd kan worden
opgeschort.
⚫
Gebruik de spuitpomp niet in een ontvlambare of zuurstofrijke omgeving om brand-
of ontploffingsgevaar te voorkomen.
⚫
Het hoogteverschil tussen de pomp en de hartpositie van de patiënt mag niet groter zijn
dan 100 cm. Een kleiner hoogteverschil zorgt voor een grotere nauwkeurigheid van het
resultaat van de druksensor.
⚫
In geval van een gedraaide buis, condensatie van het filter of occlusie van de intubatie
tijdens de infusie, neemt de inwendige druk van de infusieleiding toe. Zodra de oorzaken
voor occlusie zijn weggenomen, kan de patiënt te veel infusievloeistof krijgen. Daarom
moeten passende maatregelen worden genomen. Klem bijvoorbeeld de infuusslang vast
voordat u de oorzaak van de occlusie verwijdert, omdat de verschuifbare spuitslang los is.
⚫
Het wordt aanbevolen om alleen de door de fabrikant voorgeschreven spuiten te gebruiken.
⚫
Als een spuit van een ander merk wordt gebruikt of als de spuitparameters niet correct
zijn ingesteld, kan dat een invloed hebben op de nauwkeurigheid van de infusie.
⚫
Alleen de spuit, het slangetje, de injectienaald en andere medische onderdelen die
voldoen aan de lokale voorschriften mogen op de injectiepomp worden gebruikt. Neem
contact op met uw lokale verdeler voor meer informatie.
3 / 55