Bijlage A
Aanbevolen scheidingsafstanden tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur en de
[MP-30-serie]
De [MP-30-serie] is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving waarin
uitgestraalde RF-storingen worden gecontroleerd. De klant of de gebruiker van de [MP-30-
serie] kan elektromagnetische interferentie helpen te voorkomen door een minimale afstand
aan te houden tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur (zenders) en de [MP-
30-serie] zoals hieronder aanbevolen, afhankelijk van het maximale uitgangsvermogen van de
communicatieapparatuur.
Nominaal maximaal
outputvermogen
de zender (W)
0,01
0,1
1
10
100
Voor zenders met een maximaal uitgangsvermogen dat hierboven niet is vermeld, kan de
aanbevolen scheidingsafstand d in meters (m) worden geschat met behulp van de vergelijking
die van toepassing is op de frequentie van de zender, waarbij P het maximale uitgangsvermogen
is van de zender in watt (W) volgens de fabrikant van de zender.
OPMERKING 1 Bij 80 MHz en 800 MHz geldt de scheidingsafstand voor het hogere
frequentiebereik.
OPMERKING 2: Deze richtlijnen zijn mogelijk niet in alle situaties van toepassing.
Elektromagnetische verspreiding wordt beïnvloed door absorptie en reflectie van
structuren, voorwerpen en mensen.
Scheidingsafstand volgens frequentie van de zender (m).
150k~80MHz
0,12
0,38
1,2
3,8
12
53 / 55
80M~800MHz
0,12
0,38
1,2
3,8
12
800M~2,5GHz
0,23
0,73
2,3
7,3
23