gaan, zoals intravasculaire toegang, intravasculaire therapie of
een arterioveneuze shunt.
• Gebruik het apparaat niet bij personen met een allergie of een
gevoelige huid.
Ongewenste bijwerkingen
• Huidirritatie
• Negatieve invloed op de bloedsomloop
4. WAARSCHUWINGEN EN VEILIGHEIDS-
OPMERKINGEN
Algemene waarschuwingen
WAARSCHUWING
• De waarden die u hebt gemeten, dienen slechts als indicatie
– ze vormen geen vervanging van een medisch onderzoek!
Bespreek uw gemeten waarden met uw arts. Neem in geen
geval zelf medische beslissingen op basis van deze waarden
(bijv. met betrekking tot de dosering van medicijnen)!
• Het apparaat is alleen bedoeld voor het in deze gebruiksaan-
wijzing beschreven gebruik. De fabrikant is niet aansprakelijk
voor schade die is veroorzaakt door oneigenlijk of verkeerd
gebruik.
• Het gebruik van de bloeddrukmeter buiten de thuisomgeving
of terwijl u in beweging bent (bijv. tijdens een rit in een auto of
een ambulance, tijdens een vlucht in een helikopter of tijdens
lichamelijke inspanning zoals sport), kan de meetnauwkeurig-
heid beïnvloeden en foutieve metingen veroorzaken.
• Aandoeningen aan hart en bloedvaten kunnen leiden tot fou-
tieve metingen of kunnen de meetnauwkeurigheid beïnvloe-
den.
• Gebruik het apparaat niet gelijktijdig met andere medische
elektrische apparaten (ME-apparaten). Dit kan leiden tot een
storing van de meetapparatuur en/of tot een onnauwkeurige
meting.
• Gebruik het apparaat niet buiten de aangegeven omstan-
digheden voor opslag en gebruik. Dit kan leiden tot onjuiste
metingen.
• Gebruik voor dit apparaat uitsluitend de meegeleverde of de
in deze gebruiksaanwijzing beschreven manchetten. Het ge-
bruik van een andere manchet kan leiden tot onnauwkeurige
meetresultaten.
• Let op dat de functie van het betreffende ledemaat tijdens het
oppompen van de manchet kan worden beïnvloed.
• Voer de metingen niet vaker uit dan nodig is. Als gevolg van
een beperking van de bloeddoorstroming kunnen er bloeduit-
stortingen ontstaan.
• De bloedsomloop mag niet onnodig lang worden afgebonden
door de bloeddrukmeting. Haal bij storingen van het apparaat
de manchet van de arm.
• Breng de manchet uitsluitend om de bovenarm aan. Breng de
manchet niet om andere delen van het lichaam aan.
• De luchtslang kan verwurgingsgevaar opleveren voor kleine
kinderen.
• Kleine onderdelen kunnen bij inslikken verstikkingsgevaar
opleveren voor kleine kinderen. Kinderen moet daarom altijd
onder toezicht worden gehouden.
• Houd de verpakkingsmaterialen buiten bereik van kinderen.
Kinderen kunnen hierin stikken.
• Bewaar het apparaat buiten bereik van kinderen, huisdieren
en ongedierte.
• Laat het apparaat niet vallen, ga niet op het apparaat staan en
schud er niet mee.
57